Foto: Frank Uijlenbroek PluimveeNieuws

Bestrijding bloedluis: ‘Ken uw vijand’

“Ken uw vijand, ken uzelf en u zult overwinnen.” Het gaat hier over bloedluis- oftewel vogelmijtbestrijding. Dit advies hield Monique Mul, onderzoeker bij Wageningen Livestock Research, legkippenhouders woensdagavond 21 februari voor tijdens een thema-avond van Pluimveeweb.

Volgens Mul, gepromoveerd op bestrijding van vogelmijt – door veel pluimveehouders ten onrechte bloedluis genoemd – heeft de vogelmijt een aantal levensbehoeften. Door die te kennen kan de pluimveehouder actie ondernemen om de levenscyclus van de mijt te doorbreken en schade te beperken.

Bestrijding is lastig

De onderzoeker vertelde er direct bij dat de effectiviteit van de bestrijding veelal beperkt is, onder meer door korte nawerkingstijd middelen, het gedrag van de mijt (die zich verschuilt in gaten en kieren en maar eens in de paar dagen naar de hen gaat), snelle resistentievorming en te late bestrijding. Bovendien zijn er maar een zeer beperkt aantal toegestane én werkzame middelen.

Vogelmijtpopulatie monitoren

Ze drukte de pluimveehouders op het hart om vooral op tijd met de bestrijding te beginnen. Ook pleitte ze voor het monitoren van de vogelmijtpopulatie, omdat mijtentelling de pluimveehouder een beeld geven van de ontwikkeling van de populatie en van het effect van een behandeling.

Verlagen staltemperatuur tot 18-19 graden

Als populatiegroei-beperkende maatregelen noemde ze:

  • Dagelijks mest afvoeren,
  • verlagen van de staltemperatuur tot 18 à 19 graden,
  • maandelijks verwijderen van stof en harde korsten, en
  • regelmatig behandelen, bijvoorbeeld met silica.
Beheer
WP Admin