<em>Foto: Mark Pasveer</em> AlgemeenNieuws

Forse stijging pachtnormen in melkveegebieden

Melkveehouders gaan dit jaar meer betalen voor pachtgrond, akkerbouwers, behalve zetmeelbedrijven, iets minder.

Dit blijkt uit de Pachtnormen 2016, die staatssecretaris Martijn van Dam van Economische Zaken bekend heeft gemaakt. De normen in de verschillende pachtregio’s veranderen van -6% in Zuidwestelijk akkerbouwgebied tot +34% in het pachtprijsgebied Waterland en Droogmakerijen. De normen zijn van toepassing op reguliere pachtcontracten en geliberaliseerde pachtcontracten met een looptijd langer dan 6 jaar.

Slecht zuiveljaar 2009 valt af

Voor de pachtprijsgebieden met overwegend melkveehouderij zijn de hogere pachtnormen het resultaat van het wegvallen van een slecht jaar (2009) en het opnemen van een goed jaar (2014) in de berekeningen. “Hierbij merk ik op dat de slechte resultaten behaald in 2015 in de pachtnormen van 2017 tot uiting zullen komen”, aldus de staatssecretaris in de Kamerbrief.

De opbrengsten op akkerbouwbedrijven in 2014 was iets minder dan in 2009. Hierdoor daalt de regionorm in de IJsselmeerpolders en het Zuidwestelijk akkerbouwgebied. Voor de zetmeelbedrijven was 2014 wel een beter jaar dan 2009. Daarom stijgt in het Noordoosten de norm voor de akkerbouwbedrijven. In het pachtprijsgebied Veenkoloniën en Oldambt stijgt de regionorm 17% tot €806 per hectare.

Reguliere en geliberaliseerde pacht

De pachtnormen stijgen dit jaar vrijwel over de hele linie ten opzichte van de normen vorig jaar. Er bestaan twee soorten pachtnormen. Voor contracten die na 1 september 2007 zijn gesloten geldt een maximale pachtprijs: de regionorm. Voor contracten van daarvoor geldt een veranderpercentage. De pachtprijs wordt jaarlijks bepaald op basis van een vijfjaarlijks gemiddelde van de opbrengst van het land.

Jaarlijks worden de maximale pachtprijzen voor akkerbouw- en grasland, tuinland, agrarische gebouwen en agrarische woningen vastgesteld conform het Pachtprijzenbesluit 2007. De pachtnormen zijn gebaseerd op de bedrijfsresultaten van middelgrote en grote akkerbouw- en melkveebedrijven in de periode 2010-2014.

Jaarlijks worden de maximale pachtprijzen voor akkerbouw- en grasland, tuinland, agrarische gebouwen en agrarische woningen vastgesteld conform het Pachtprijzenbesluit 2007.
Foto: Jan Willem Schouten

Los tuinland

De hoogst toelaatbare pachtprijs voor los tuinland stijgt zowel in het pachtprijsgebied Westelijk Holland als ook in het gebied ‘Rest van Nederland’ door de goede resultaten in 2014 en het wegvallen van het matige inkomensjaar 2009. In Westelijk Holland, exclusief boomkwekerij in het gebied Boskoop en Rijneveld, stijgt de regionorm dit jaar met 11% naar €2.652 per hectare. In ‘Rest van Nederland’ stijgt de maximale pachtprijs met 32% naar €1.073 per hectare.

De staatssecretaris benadrukt dat de samenstelling van de tuinbouwsector in beide gebieden sterk verschilt. In Westelijk Holland is het merendeel bloembollenbedrijf. In ‘Rest van Nederland’ spelen bloembollenbedrijven nauwelijks een rol en zijn de boomkwekerijen in de meerderheid.

Pachtprijs agrarische gebouwen

De hoogst toelaatbare pachtprijzen voor agrarische bedrijfsgebouwen en de pachtprijs voor bestaande overeenkomsten worden verhoogd met 1,06%. Dit komt overeen met de gemiddelde bouwkostenindex over 2011-2015. De maximale pachtverhoging voor agrarische woningen met pachtovereenkomsten van voor 1 september 2007 is 2,1%. De pachtprijs voor woningen na die datum mag maximaal stijgen met 3,2%.

‘De verhoging komt nu wel heel ongelukkig uit voor melkveehouders’.

‘Ongelukkig voor de veehouderij’

De verhoging van de regionormen in veehouderijgebieden noemt de Bond van Landpachters (BLHB) ‘ongelukkig’. Voorzitter Piet van der Eijk: “De stijging verraste me wel. De verhoging komt nu wel ongelukkig uit voor melkveehouders vanwege de lage melkprijs. Maar, de nieuwe pachtnormen zijn altijd beter dan de huidige vrije geliberaliseerde pachtprijzen.”

Dat de prijzen fors omhoog gaan doet pijn in een jaar dat het slecht gaat met de melkveehouderij, maar het hoort bij de werking van het systeem, laat LTO Nederland weten. Arnold Michielsen, portefeuillehouder pachtzaken bij deze standsorganisatie: “In het akkoord tussen LTO en verpachterorganisaties hebben we onder ander afgesproken om te kijken of we deze fluctuaties kunnen dempen.”

De BLHB pleit voor een aanpassing van de berekening. Desnoods met terugwerkende kracht. De bond ergert zich aan de sterke fluctuaties van de pachtnormen. LEI Wageningen UR is momenteel bezig met een studie om te bekijken hoe die sterke schommelingen gedempt kunnen worden. Het onderzoek is voor de zomer klaar, zegt LEI-onderzoeker Huib Silvis. Gekeken is onder andere naar het effect om de pachtnormen te berekenen op basis van gemiddelde opbrengsten over een periode van 7 jaar, in plaats van 5 jaar, zoals nu het geval is.

Beheer
WP Admin