‘Weinig Q-koorts-bacteriën nodig voor infectie’

Blootstelling aan kleine aantallen Coxiella burnetii, de bacterie die Q-koorts veroorzaakt, geeft een hoge kans op infectie en ziekte. Dat stelt onderzoeker John Brooke in zijn promotieonderzoek aan de Universiteit van Utrecht.

Q-koorts veroorzaakt symptomen van zware griep. Er is kans op chronische infecties met ernstige ziekte tot gevolg en een verhoogde sterftekans. Brooke heeft in zijn proefschrift de relatie tussen blootstelling en ziekte vastgesteld en vervolgens gebruikt om de aantallen bacteriën te schatten waaraan patiënten waren blootgesteld tijdens uitbraken.

Steeds grotere aantallen bacteriën

De grootste uitbraak van Q-koorts tot dusver vond in Nederland plaats tussen 2007 en 2009. Geiten op boerderijen in Noord-Brabant en Limburg raakten geïnfecteerd. De analyses in dit proefschrift laten zien dat de ruimtelijke verspreiding van de bacterie vanuit besmette bedrijven tijdens opeenvolgende jaren niet veranderde, maar dat de aantallen bacteriën wel steeds hoger werden. Tijdens de uitbraak werden veel mensen ziek na blootstelling aan kleine aantallen van deze zeer infectieuze bacterie.

Geïnfecteerd zonder ziek te worden

Met de gebruikte modellen kan ook het aantal asymptomatische infecties worden geschat: bij lage blootstelling zijn er voor elke patiënt 11 mensen die een infectie doormaken zonder acute Q-koorts op te lopen. In dit proefschrift wordt verder aangetoond dat de grootste ziektelast wordt veroorzaakt door langdurige vermoeidheid, bij zowel acute als chronische Q-koortspatiënten. Vanwege de hoge ziektelast en de slechte behandelbaarheid van Q-koorts is vroegtijdig ingrijpen van groot belang om nieuwe infecties te voorkomen.