AlgemeenNieuws

‘Te weinig oog voor gevolgen natuurbeleid’

Den Haag – Beleidsmakers in Nederland hebben te weinig oog gehad voor de gevolgen van de Europese regelgeving op het Nederlandse natuurbeleid. Dat staat in een rapport van de Raad voor de Leefomgeving en de Infrastructuur (RLI) dat maandag is aangeboden aan minister Melanie Schulz van Haegen (Infrastructuur en Milieu).

De Habitatrichtlijn werd in 1992 vastgesteld. Nederland verwachtte weinig problemen te hebben met de invoering daarvan, omdat de Europese regels waren gebaseerd op het Nederlands beleid.

Niet alleen Nederlands probleem

Overigens is het probleem niet alleen Nederlands. De RLI constateert dat er weinig lidstaten zijn die niet in aanraking zijn geweest met de Europese rechters, omdat ze zich niet of onvoldoende de Europese Vogel- en Habiatrichtlijn in nationale regels omzetten.

Verkeken op gevolgen Vogel- en Habitatrichtlijn

Nederland heeft zich verkeken op de verstrekkende gevolgen van de Vogel- en Habitatrichtlijn, aldus de RLI. Nederland dacht dat de aanwijzing van de Natura 2000-gebieden een logisch vervolg was op de aanwijzing van de ecologische hoofdstructuur, terwijl de Europese regels voor de bescherming van natuur veel strenger waren. “Daarmee heeft het (…) beeld van Nederland als succesvolle koploper in het Europese natuurbeleid een behoorlijke deuk opgelopen”, schrijft de raad.

Beeld ontkracht

Volgens de raad is het beeld dat  de aanwijzing van Natura 2000-gebieden Nederland op slot zou zetten ontkracht, maar blijft het wel rondzingen. “Het zijn vooral de organisaties  die ondernemers in het landelijk gebied vertegenwoordingen (…) die dit beeld handhaven.”

De raad haalt daarbij een brief van Jose Manuel Barroso aan, toenmalig voorzitter van de Europese Commissie, die zei dat economische ontwikkeling mogelijk was, mits aan voorwaarden was voldaan, terwijl de juridische uitleg in Nederland was dat ontwikkeling niet mogelijk was, tenzij aan voorwaarden was voldaan.

Beheer
WP Admin