Argentinië verliest zaak bij WTO

Genève – Argentinië moet een serie onrechtmatige importbeperkingen opheffen. Dat heeft de Wereldhandelsorganisatie WTO bepaalt in een zaak die in 2012 is aangespannen door de EU, de VS en Japan. De WTO kwam in augustus 2014 al tot het oordeel dat de importbeperkingen illegaal zijn, maar Argentinië ging toen nog in hoger beroep.

De uitspraak betreft een hele serie importregels die door Argentinië is opgesteld om het handelstekort met een serie landen op te heffen. Argentinië zou bijvoorbeeld volgens de WTO automatisch importlicenties moeten afgeven en niet onder een serie voorwaarden. Zo vroeg de overheid importerende partijen tegenover de importwaarde een gelijke exportwaarde te zetten.

In de praktijk betekende dit dat een importeur van auto-onderdelen zich moest storten op de export van soja-olie. Een zaak tegen Argentinië is geen zeldzaamheid: eerder werd het land bij de WTO aangevallen op het nationaliseren van bezittingen van een Spaanse oliemaatschappij en het dumpen van biodiesel in de EU, wat uiteindelijk ook leidde tot een Europese strafheffing.

Argentinië moet nu ‘binnen een redelijke periode’ gaan voldoen aan de overtreden WTO-regels. Concreet krijgt Argentinië nu 20 dagen de tijd om met de winnende partijen hierover een deal te sluiten. Lukt dit niet, dan krijgen de winnende partijen het recht tot vergelding. De landen mogen dan de financiële schade die het is toegedaan ‘terughalen’ door zelf importheffingen of quota tegen het Zuid-Amerikaanse land in te stellen.

De Argentijnse kabinetschef Jorge Capitanich zei in een reactie dat de uitspraak Argentinië niet dwingt haar handelspolitiek aan te passen. Capitanich zei dat in het afgelopen jaar Argentinië steeds in de top 10 stond van landen die steeds meer importeren. Hij zei dat Argentinië mogelijk bilateraal wil onderhandelen met de landen die de zaak aanspanden, om te zien of een andere oplossing mogelijk is.