AlgemeenNieuws

Geen pasklare verklaring voor ammoniakgat

Den Haag – Ook deskundigen hebben geen pasklaar antwoord op de vraag waarom de berekende ammoniakuitstoot niet in de pas loopt met de gemeten ammoniakconcentraties in Nederland.

Dat blijkt uit het dinsdag openbaar gemaakte rapport van de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM), die op verzoek van staatssecretaris Sharon Dijksma (Economische Zaken) een zogenoemde quick scan heeft gedaan naar de geconstateerde verschillen.

De gemeten ammoniakconcentraties dalen sinds 2005 niet meer; de modelberekeningen laten echter wel een daling zien. “Hoe kan dat?”, vroeg Dijksma aan de CDM.

Deskundigen van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, het Centraal Bureau voor de Statistiek en Wageningen UR geven mogelijke verklaringen voor de geconstateerde verschillen: het kan zijn dat de meetpunten geen representatief beeld geven van de werkelijke emissies; de invloed van het weer op de emissies is in de berekeningsmodellen niet gecorrigeerd; mogelijk wordt de emissie bij mestaanwending en uit varkens- en pluimveestallen onderschat; de chemische omzetting van ammoniak in de atmosfeer en de neerslag van ammoniak is moeilijk in modellen om te zetten. Het is, zeggen de deskundigen, onwaarschijnlijk dat de verschillen alleen te verklaren zijn door een overschatting van het effect van het ammoniakbeleid in de modellen.

De deskundigen vinden dat meer onderzoek moet worden gedaan. Ondertussen zijn de gehanteerde meetmethoden en modellen wel de beste die er internationaal gezien beschikbaar zijn.

Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) zegt naar aanleiding van de rapportage dat de onzekerheden rond de ammoniakemissie en -concentraties de noodzaak verhogen voor tijdige monitoring en bijsturing.

PBL zet vraagtekens bij de voorgenomen stikstofaanpak (PAS), die ook gericht is op de verlaging van de ammoniakdepositie op natuurgebieden. Volgens PBL is het onzeker dat  het plan ook daadwerkelijk leidt tot natuurherstel. Het kan zijn dat bedrijven de mogelijkheid krijgen zich verder te ontwikkelen, zonder dat de garantie er is dat de depositie op natuurgebieden ook daadwerkelijk afneemt. Daarom is het nodig om de ontwikkelingen op de voet te volgen. “Zo niet, dan zijn er over enige jaren nog maar weinig mogelijkheden om tegenvallers op te vangen. Het risico is dan bovendien dat er in een aantal gebieden geen ruimte meer is voor nieuwe ontwikkelingen, gezien de Europese regelgeving.”

Dijksma let op ontduiking mestregels

Staatssecretaris Sharon Dijksma (Economische Zaken)  denkt aan een aantal maatregelen om de ammoniakemissie beter onder controle te houden. In een brief aan de Tweede Kamer schrijft Dijksma dat de modellen mogelijk niet voldoende rekening houden met een overschrijding van de gebruiksnormen voor mest. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) bekijkt hoe de naleving van de regels kan worden verbeterd, mogelijk door extra controles. Verder liggen er mogelijkheden de emissie bij de mesttoediening te verminderen, zowel door betere technieken als door betere controle. De staatssecretaris zegt verder dat er kansen liggen om de ammoniakdepositie kan worden verminderd door versneld over te gaan naar nieuwe stalsystemen; tegelijk wil de bewindsvrouw erop toezien dat emissiearme huisvestingssystemen met luchtwassers ook daadwerkelijk worden gebruikt, zoals dat is voorgeschreven.

Reactie NMV

Dirk-Jan Schoonman, voorzitter van de Nederlandse Melkveehoudersvakbond (NMV) is niet geschrokken van de conclusies over verschillen in berekende en gemeten ammoniakemissies. Hij heeft wel moeite met de conclusies die Staatssecretaris Dijksma trekt op basis van de rapportages van het Planbureau voor de leefomgeving (PBL) en de Commissie Deskundigen Mestbeleid (CDM). Schoonman reageert afwijzend op de inhoud van de brief die Dijksma aan de Tweede Kamer stuurde. Het rapport van het CDM is opgesteld op verzoek van het Ministerie, mede naar aanleiding van voortdurende discussie en Kamervragen over de doelmatigheid van maatregelen om de stikstofuitstoot (ammoniak) vanuit de veehouderij te beperken. Emissiebeperkende maatregelen spelen een cruciale rol in de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS).

Volgens Schoonman wordt de sector ten onrechte in de verdachtenhoek gezet door te suggereren dat er meer mest wordt toegediend dan volgens de gebruiksnorm is toegestaan. “Ammoniak is nu eenmaal een gas en dat komt altijd weer naar boven”, aldus Schoonman. “Bij zodebemesten komt de ammoniak dan later alsnog als emissie in de lucht, van die denkfout moeten we af.” Een tweede denkfout in het ammoniakbeleid is volgens de NMV-voorman de gedachte dat emissiearme vloeren ammoniakuitstoot beperken. Schoonman: “Ook dan komt de ammoniak alsnog in de lucht bij het uitrijden van mest. Al die maatregelen hebben de sector handenvol geld gekost, we moeten stoppen met het investeren van miljoenen in flauwekul.”

Wat Schoonman betreft moet er nu versneld overgeschakeld worden op andere systemen zoals het beluchten van mest en het bovengronds uitrijden met watertoediening. “Met het Aeromix-systeem kan 60 procent emissiebeperking gehaald worden, op dat soort onderzoeken moeten we ons richten.” Volgens Schoonman hebben boeren hun neus vol van emissiearme systemen waarvan het effect niet aangetoond wordt: “Dat is een diepe frustratie, dan kiezen we nog liever voor investeren in herstelmaatregelen als dat aantoonbaar een betere oplossing is.”

Reactie LTO

Siem Jan Schenk, portefeuillehouder voor ruimtelijk beleid van LTO Nederland, vind dat de PAS nu voor alles afgewerkt moet worden. “Ga er mee aan de slag zodat er weer vergunningen verleend kunnen worden, het heeft nu lang genoeg geduurd.” Schenk snapt de onrust en is blij dat er extra onderzoek komt: “Als dat leidt tot andere inzichten dan moet dat ook gebruikt worden en alsnog in de PAS opgenomen worden.” Hij wijst erop dat er al dertig jaar discussie is over ammoniak: “Onze  zorg is dat we maar blijven praten en dat er ondertussen geen vergunningen verleend worden.”

Beheer
WP Admin