‘Deuk in het imago van de melkveehouderij’

Het positieve imago van de melkveehouderij heeft door de grote groei na de afschaffing van het melkquotum een deuk opgelopen. Dat uit zich ook in de politiek.

De melkveehouderij is het paradepaardje van de Nederlandse veehouderij. Het is de grootste dierlijke sector en de zuivelketen is van belang voor de economie. Koeien zijn belangrijk voor het imago van Nederland. Bij Nederland horen koeien in de wei en een moderne, hoogwaardige zuivelketen. De burger is over het algemeen positief over de melkveehouderij. Koeien hebben een hoge aaibaarheidsfactor en omdat de dieren vaak buiten komen, voelt de burger zich betrokken bij de sector.

Varkens en pluimvee minder zichtbaar

Voor varkens- en pluimveehouders ligt het imago heel anders. Hun dieren worden vrijwel altijd binnen gehouden, waardoor de sector een stuk minder zichtbaar is. Dichte stallen dragen ook bij aan een negatief sentiment; organisaties als Wakker Dier en dierenactivisten als 269life maken gebruik van de dichte stallen door een beeld te scheppen van wat er achter de deuren gebeurt.

Waardering voor melkveehouderij neemt af

De AgrifoodMonitor van Wageningen UR onderzoekt het imago van de agrosector. Daaruit blijkt dat akkerbouw en tuinbouw het beste imago in de agrarische sector hebben. Van de veehouderijsectoren scoort de melkveehouderij het beste, gevolgd door de pluimveehouderij en varkenshouderij. De waardering voor de akker- en tuinbouw en de melkveehouderij is in de periode van 2012-’14 echter wel gedaald, terwijl die voor de varkens- en met name de pluimveehouderij is toegenomen.

Minder strenge regels voor melkveehouderij

De melkveehouderij is zich er terdege van bewust dat het positieve imago goed is voor de sector. Dat uit zich in het beleid. Voor de melkveehouderij lijkt er doorgaans meer mogelijk en zijn er minder strenge regels dan voor andere dierlijke sectoren. Denk maar aan afleidingsmateriaal in hokken of bijvoorbeeld de inzet van luchtwassers. Vanuit de melkveehouderij wordt dan ook angstvallig naar dat imago gekeken. Koeien in de wei? Ja, want dat is belangrijk voor het imago. Open dagen en de koeiendans in het voorjaar: de sector maakt er werk van om het imago goed te houden. En dat is nodig, want de sector staat inmiddels behoorlijk onder vuur.

Politiek richt pijlen op melkveehouderij

In de politiek is de sector haar positieve imago al aardig kwijt. Waar politieke partijen als de Partij voor de Dieren, SP en GroenLinks in het verleden hun pijlen vooral op de intensieve veehouderij richten, wordt er nu steeds meer naar de melkveehouderij gekeken. Met meer regels tot gevolg. Naast alle grote regels als fosfaatrechten, grondgebondenheid en de mestverwerkingsplicht komen er steeds meer kleine bij. Een verbod op koudmerken, een Kamermeerderheid die onderzoek wil naar het kalf bij de koe en de wens om weidegang verplicht te stellen. De angst dat de melkveehouderij haar goede imago verliest is al werkelijkheid.

‘Intensieve melkveehouderij’

De term ‘intensieve melkveehouderij’ klinkt steeds vaker. Met name de afschaffing van het melkquotum en de forse productiegroei die als gevolg hiervan heeft plaatsgevonden, hebben een flinke deuk in het imago van de melkveehouderij geslagen. De politieke wens om de sector te extensiveren neemt toe. Dat zal de melkveehouderij ook in de toekomst merken. De huidige aanscherpingen van regels zullen niet de laatste zijn.