height:550px AlgemeenAchtergrond

Voerspoor moest 20 miljoen kilo fosfaat ‘besparen’

Een forse verlaging van de landelijke fosfaatproductie, dat was een belangrijk doel van het voerspoor. In 2010 werd duidelijk dat de mestproductie opnieuw hoger zou zijn dan het met Brussel afgesproken maximum van 173 miljoen kilo, het landelijke fosfaatplafond op basis van het jaar 2002.

In 2011 maakte Henk Bleker, toenmalig staatssecretaris van Economie, Landbouw & Innovatie, duidelijk dat er in 2015 evenwicht moest zijn op de mestmarkt.

In de berekeningen werd uitgegaan van een fosfaatproductie van 175 miljoen kilo en een landelijke plaatsingsruimte van 125 miljoen kilo. Het overschot is dan 50 miljoen kilo. Daarvan moest 30 miljoenverdwijnen via mestverwerking (export, verbranding).

De resterende 20 miljoen moest komen uit een lagere productie, 10 miljoen door de melkveehouderij en 10 miljoen door de varkenshouderij.

Beheer
WP Admin