Als het een warboel in je hoofd is BoerenlevenAchtergrond

Als het een warboel in je hoofd is

Er komt veel af op boeren de laatste tijd. Sommigen raken van slag, maar hulp zoeken blijft lastig.

Met een toenemend aantal boeren gaat het mentaal niet goed. Dat signaleerde GGD IJsselland die daarop, samen met het UMC Amsterdam, een onderzoek op poten zette. Doel was om uit te zoeken wat er precies aan scheelde en wat boeren nodig hebben om zich weer beter te gaan voelen. Het bleek dat ze de weg naar passende hulpverlening nog steeds niet goed weten te vinden.

Schouders eronder, niet zeuren, doorgaan

Wat doet een boer die niet lekker in zijn vel zit? Gewoon een beetje harder werken. Schouders eronder, niet zeuren, doorgaan. Dat is gemiddeld gesproken de houding die boeren aannemen als ze in de problemen zitten. Het kán een oplossing zijn, maar dan alleen tijdelijk. Soms moet je inderdaad even flink aanpakken om iets op te lossen.

Struisvogelpolitiek

Maar neemt het hardere werken structurele vormen aan, dan wordt het een vlucht. Het is een soort struisvogelpolitiek: kop in het zand en niet zien wat er echt aan de hand is. Maar problemen verdwijnen er niet door. Integendeel, ze worden meestal alleen maar erger. Wie er niet mee aan de slag gaat, draait zichzelf uiteindelijk volledig vast.

Wie niet met zijn problemen aan de slag gaat, draait zichzelf uiteindelijk volledig vast

Depressie op de loer

Het kan jaren duren en in die tijd wordt het lontje alsmaar korter, je geniet nergens meer van, je gaat niet meer sporten, niet meer naar verjaardagen of buurtfeesten, je bent doorlopend moe en kunt geen goede beslissingen meer nemen. Een burn-out of depressie ligt op de loer. Herstel kan maanden, zelfs jaren duren.

Tijdig hulp zoeken

Er is dus alles voor te zeggen om het niet zover te laten komen en tijdig hulp te zoeken. Maar veel boeren vinden dit, ondanks de vele voorlichting in onder meer vakbladen, nog steeds erg moeilijk. Ze weten niet waar ze moeten zijn en los daarvan voelen ze zich een zwakkeling als ze hulp zoeken voor de warboel in hun hoofd.

Deze signalen duiden erop dat je mogelijk hulp kunt gebruiken

  • Je hebt het gevoel dat je nergens meer grip op hebt.
  • Je gedachten draaien aldoor in kringetjes zonder begin of einde.
  • Je kunt je moeilijk concentreren.
  • Je slaapt slecht(er) en bent voortdurend moe.
  • Je voelt je vaak hopeloos en neerslachtig.
  • Je bent vaker dan anders boos of kortaf of je zegt juist steeds minder.
  • Je slaat verjaardagen en feestjes steeds vaker over.
  • Je gaat steeds meer en harder werken zonder dat het iets oplevert.
  •  

Praten over gevoelens

Daar komt nog eens bij dat velen nooit echt geleerd hebben om te praten over hun gevoelens, dus met wat voor klacht zouden ze naar de dokter moeten? Hoofdpijn? Rugpijn? Vermoeidheid? Kom zeg, we zijn allemaal weleens moe, wat kan een arts nou doen? Rust voorschrijven? En het bedrijf dan? Wie voert en kuilt er intussen?

Wantrouwen

Uit diepte-interviews die de GGD hield met boeren, kwam naar voren dat er een flinke dosis wantrouwen heerst richting de gewone zorg en hulpverlening. Daar snappen ze mij en mijn manier van leven toch niet, denken ze. En wat heb je er dan aan?

Agrarische coaches

Dat er agrarische coaches zijn, dat weten ze vaak wél. Dit zijn mensen die dikwijls zelf een boerenachtergrond hebben, ze zijn dus zeer bekend met de manier van leven, de problematiek en de gedachtegang van boeren. Het vertrouwen in deze hulpverleners is groter dan voor de reguliere zorg, maar ook hier zitten haken en ogen aan.

Tips voor familie, vrienden en buren

Signaleer je dat een boer(in) mentaal in de knoop zit? Kom dan niet aan met tips als ‘ga eens lekker een eindje fietsen’ of ‘zoek een leuke hobby’. Goed bedoeld, maar de persoon in kwestie heeft niet meer de flexibiliteit om dingen buiten het werk om te doen.

Vraag liever eens hoe het met die persoon gaat. Luister naar wat er komt, laat iemand uitpraten, onderbreek niet, geef geen oordeel en kom niet met oplossingen. Geef aan dat er professionele hulp bestaat om de kluwen weer te ontwarren. Vraag eventueel of je namens die persoon een hulpverlener mag inschakelen.

Handige websites
www.agrarischecoaches.nl

www.agrarischecoaching.nl
www.agrozorgwijzer.nl
www.zorgomboerentuinder.nl

Angst

Sommige boeren zien een coach als de zoveelste erfbetreder die over hun rug geld wil verdienen. Anderen vrezen door de buurt als mislukkeling te worden gezien, omdat ze bij een ‘zielenknijper’ lopen. Sommigen zijn bang dat collegaboeren het alvast op hun grond hebben gemunt, want wie bij een coach loopt, zal wel niet goed meer in staat zijn het bedrijf te runnen.

Dus houden veel boeren de schijn op en doen of het prima gaat. En als het niet prima gaat, wijzen ze niet naar zichzelf maar naar anderen, bij voorkeur de overheid.

Niet tegen regels

Dat de overheid, met haar spervuur aan snel veranderende regelgeving, bij veel boeren het bloed onder de nagels vandaan haalt, bleek overduidelijk uit het GGD-onderzoek. Ook andere onderzoeken en enquêtes, onder meer van Boerderij, lieten dit eerder al zien. Boeren zijn op zich niet tegen regels, maar als ze om de haverklap veranderen, dan kunnen ze er niet meer mee uit de voeten. Dan kun je het nooit meer goed doen waardoor de lol in het werk verdampt. Iemand die altijd liep te fluiten, kan gaandeweg veranderen in een zure brompot of een stille Willie. Begrijpelijk, maar niet fijn. Niet voor de boer zelf en ook niet voor de familie en vrienden.

Omstandigheden veranderen niet

Maar wat dan? De omstandigheden veranderen niet, hoe kun je dan ooit weer rust in je hoofd en lol in het leven krijgen? Om te beginnen: denk niet dat niemand je kan helpen. Geen situatie is zo hopeloos of je kunt er weer uitkomen. Maar dan moet je wel laten weten dat je hulp nodig hebt. Je hoeft niet te weten hoe en wat precies, alleen al zeggen dat het niet zo lekker gaat, kan al een begin zijn.

Geen situatie is zo hopeloos of je kunt er weer uitkomen. Maar dan moet je wel laten weten dat je hulp nodig hebt

Zie je er tegenop om het zelf aan te kaarten bij een coach of psycholoog? Vraag dan of een ander het voor je wil doen. Je ouders, partner, zoon, dochter, een goede vriend of iemand anders die je vertrouwt, kan een hulpverlener vragen om contact op te nemen. Dat is niet meteen de oplossing, maar het is wel het begin van een oplossing met als doel om zelf weer de regie over je leven en werk terug te krijgen.

Beheer
WP Admin