Een onderzoek van de WUR eind jaren 50 van de vorige eeuw wees uit dat het infrezen van stalmest zorgde voor een betere vermenging en opname van de voedingsstoffen, het frezen leidde ook tot een groter poriënvolume van de bodem. - Foto: Misset BoerenlevenAchtergrond

1959: Stalmest tussen de fruitbomen

De fruitteelt was ooit groot in Nederland, maar na 1950 slonk het areaal. Telers bleven wel inzetten op nieuwe technieken en rassen.

In 1959 deden ze dat zo: stalmest infrezen tussen de fruitbomen. Ook fruitbomen hadden immers voeding nodig. De laagstambomen op de foto vormden een betrekkelijk nieuwe ontwikkeling. Voor de oorlog waren fruitbomen immers hoogstamrassen, veelal bedoeld voor eigen gebruik en om jongvee en varkens onder te laten lopen. Het fruit was voor erbij en soms leverde dat een aanzienlijk financieel extraatje op.

Lees verder onder de foto

Een onderzoek van de WUR eind jaren ’50 van de vorige eeuw wees uit dat het infrezen van stalmest zorgde voor een betere vermenging en opname van de voedingsstoffen, het frezen leidde ook tot een groter poriënvolume van de bodem. - Foto: Misset

Een onderzoek van de WUR eind jaren ’50 van de vorige eeuw wees uit dat het infrezen van stalmest zorgde voor een betere vermenging en opname van de voedingsstoffen, het frezen leidde ook tot een groter poriënvolume van de bodem. – Foto: Misset

De professionele fruittelers hadden er overigens wel een hele kluif aan om de oogst elk jaar binnen te krijgen. Fruit was arbeidsintensief en risicovol. In het voorjaar bedreigde vorst de bloesems, zaten er eenmaal vruchten aan, dan waren er altijd wel weer schimmels en insecten die hun slag wilden slaan. Het bestrijden daarvan was eveneens intensief maar nog altijd lonend.

Overschotten aan fruit indammen met rooipremie

Na 1950 kwam de klad er echter in. De concurrentie met andere landen nam toe, fruittelers probeerden hun afzet overeind te houden met lage prijzen en een wisselend assortiment. Het hielp niet. Was het totale fruitareaal in 1950 nog bijna 66.000 hectare, 10 jaar later was het geslonken tot 57.000 hectare om in 2000 meer dan gehalveerd te zijn tot 20.606 hectare.

In 1960 voerde de EU een rooipremie in om de overschotten aan fruit in te dammen. Het kostte vooral de minder productieve hoogstambomen de kop. De laagstamteelten zoals op de foto bleven over, maar ze hadden het moeilijk. Het areaal werd nooit meer wat het was; anno nu beslaat het iets meer dan 20.300 hectare.

Dit artikel is te lezen in Boerderij 32 van woensdag 6 mei en is onderdeel van de rubriek Zo ging het toen

In de rubriek Zo ging het toen gaan we terug in de tijd. Boerderij bestaat al meer dan 100 jaar en aan de hand van foto's uit het archief kijken we naar de agrarische sector in de vorige eeuw. Benieuwd naar meer historie? Check het dossier Zo ging het toen.

Beheer
WP Admin