1971: Koppen 1 kant op? Regen in aantocht

Vroeger hadden ze geen buienradar. Boeren keken naar de lucht en naar hun vee om het weer te voorspellen. Als de koeien met de koppen dezelfde kant op liggen, zoals op de foto uit 1971, dan wisten ze wel hoe de vork in de steel zat: slecht weer op komst.

Foto: Misset

Kuddegedrag

Andere slechtweervoorspellers waren de kat die zich maar blééf wassen en luchtbellen in de waterput. Dat de koeien slecht weer voelden aankomen en reageerden door met hun koppen dezelfde kant op te gaan liggen, is overigens nooit aangetoond. De verklaring is waarschijnlijk te zoeken in het kuddegedrag. Koeien stemmen hun gedrag de hele dag door op elkaar af. Als de één linksom gaat liggen, volgt de ander, gevolgd door de koe die daar weer naast ligt en zo verder. Het groepsgedrag is ook duidelijk te zien als ze ’s ochtends naar buiten gaan. De dieren beginnen dan allemaal tegelijk te grazen, voornamelijk in dezelfde richting. Dat wil niet zeggen dat er dan dus regen in de lucht zit.

Bedreven in voorspellen

Los van dergelijke fabeltjes waren veel boeren wel degelijk heel bedreven in het voorspellen van het weer. Een rode zonsopgang? Dan kwam er regen aan. Bij zonsopgang moeten de zonnestralen namelijk een langere weg afleggen door de atmosfeer. Als de lucht heel vochtig is, wordt het licht daarbij meer verstrooid en blijft voornamelijk het rode zichtbaar. Dat wisten ze vroeger niet. Maar wat ze wel wisten was dit: ochtendrood, dat werd water in de sloot.

Dit artikel is te lezen in Boerderij 29 van dinsdag 16 april en is onderdeel van de rubriek Zo ging het toen