Foto: Ton Kastermans BoerenlevenAchtergrond

5 jaar geleden: monitoring tegen zwerende kuikenpoten

Score voor zwerende kuikenpoten, gaf inzicht in het probleem.

Vijf jaar geleden was het zover. Toen startte de monitoring van voetzoollaesies bij vleeskuikens. Voetzoollaesies (VZL) zijn pijnlijke zweren en ontstekingen van de voetzool. De belangrijkste oorzaken zijn nattig strooisel en een te hoge bezetting. Omdat het dierenwelzijn in het geding was, kwam de overheid met de maatregel om te gaan monitoren aan de slachtlijn. Van elk koppel geleverde vleeskuikens werden in de slachterij honderd poten bekeken. Die kregen een score van 0 (geen problemen), 1 (matige laesies) of 2 (ernstige laesies). Via een speciale berekening rolde er een gemiddelde uit waarbij gold: een gemiddelde score van 80 of lager was nog normaal, bij 120 of meer was het mis en was er werk aan de winkel.

Verplichte monitoring

Bedrijven met een bezettingsdichtheid van 39 tot en met 42 kuikenkilo’s per vierkante meter, werden verplicht gesteld om mee te doen aan de monitoring. Zij moesten hun gemiddelde score doorgeven aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl). Zouden ze te hoog scoren, dan moest de hokbezetting omlaag. Ook moest de kuikenhouder een verbeterplan opstellen.

Veel irritatie

De aanloop naar de maatregel zorgde voor veel irritatie bij de vleeskuikenhouders. Eerst was er verschil van mening over hoe precies het hokoppervlak zou worden gemeten, later over de proefperiode om ervaring op te doen met het monitoren. Die zou aanvankelijk een half jaar zijn maar werd uiteindelijk, tot woede van de sector, teruggebracht tot drie maanden. Lang was ook onduidelijk of alleen gekeken zou worden naar dieren die na 1 januari 2013 waren opgezet of ook daarvoor al. Een stevige lobby van de pluimvee-organisatie NVP maakte dat de regel in zou gaan voor dieren die na 1 januari waren opgezet.

Het landelijk gemiddelde zat na de start van de monitoring al snel onder de 80 en in de jaren erna daalde het tot onder de 30.

Beheer
WP Admin