<em>Foto: Fotostudio Wick Natzijl</em> AkkerbouwNieuws

Alternaria nog steeds gevoelig voor strobilurines

Alternaria solani is minder gevoelig geworden voor strobilurines, blijkt uit monitoring van alternaria-isolaten uit Europa. De resistentie is echter niet volledig, maar partieel, legt Ruud van Logten, Crop Advisor bij Syngenta Crop Protection uit.

De mutatie dat resistentievorming tegen strobilurines veroorzaakt, vindt bij Alternaria solani op een andere plek in het genoom plaats dan bij bijvoorbeeld septoria tritici en cercospora. De mutatie G143A bij septoria en cercospora leidt tot volledige resistentie, dus er is totaal geen effect van strobi’s meer, terwijl de mutatie F129L bij Alternaria solani leidt tot een partiële resistentie, dus minder gevoeligheid.

Een G143A-mutatie bij Alternaria solani blijkt niet te kunnen, want als het gen op die plek muteert, blijkt de schimmel niet levensvatbaar. “Een gelukje van de natuur, want anders hadden we de strobi’s in aardappelen al geheel moeten afschrijven, net als in granen. Nu hebben ze nog steeds werking.”

Om strobilurines langer te behouden tegen Alternaria solani pleit Van Logten voor resistentiemanagement; dus het afwisselen van de strobilurines en triazolen in het spuitschema en vroeger starten met bestrijden, zodat de schimmel preventief kan worden bestreden.

Beheer
WP Admin