‘Aardappelverwerkers hebben telers dichtbij nodig’

Wageningen – Zonder aardappelteelt verdwijnen de verwerkende sector en de handel uit Nederland. Een nauwe samenwerking tussen telers en de rest van de keten is van essentieel belang.

Dat stelt het onderzoeksinstituut LEI (WUR) in een rapport over het agrocluster.  Het LEI concludeert dat als de aardappelteelt sterk slinkt, dat dan de hele aardappelketen wordt ondermijnd. “Afname van de teelt zal doorwerken in de gehele keten”, schrijven de onderzoekers in het rapport. “Als een significant deel van het areaal elders wordt geteeld, wordt de afstand tussen teelt en pootgoedhandelshuis, verwerker van industrie- of zetmeelaardappelen of de handel van tafelaardappelen groter. Dan zullen de afnemers van aardappelen hun kernactiviteiten mee verplaatsen in de richting van de nieuwe teeltgebieden.”

Het LEI schat dat bij een kwart minder pootgoedareaal de kernactiviteiten van de handelshuizen kunnen verschuiven naar Frankrijk, de belangrijkste concurrent. Verschuiving van de teelt van industrie- en zetmeelaardappelen naar andere landen leidt niet direct tot verplaatsing van de verwerking, stellen de onderzoekers. “Maar dat gebeurt wel op termijn in samenhang met het investeringsritme van de fabrieken.”

Volgens het LEI is de aanwezigheid van de teelt belangrijk voor innovaties in de hele aardappelketen. “Door de nabijheid van de primaire sector, kunnen ontwikkelingen worden getest op primaire bedrijven. Enige kritische omvang van de primaire sector is daarbij noodzakelijk, maar deze omvang is moeilijk te kwantificeren.”