Foto: Ronald Hissink AkkerbouwFoto

Ziekten en plagen te lijf met inzet biodiversiteit

Vof Keij en Van den Dries heeft een bio-dynamisch akkerbouwbedrijf en werkt met onbereden beddenteelten. Boerderij ging 5 juni langs.

Peter Keij (50), Digni (63) en Krispijn (36) van den Dries zitten in vof in Ens (Fl.). De vof heeft een biologisch-dynamisch akkerbouwbedrijf met 60 hectare land en een vruchtwisseling van 1 op 6. - Foto's: Ronald Hissink

Van den Dries heeft een vruchtwisseling van 1 op 6. De volgorde is: poot- en consumptieaardappelen, luzerne met grasklaver, kool, peen of knolselderij, granen en erwten (met waar enigszins mogelijk inzet van groenbemesters). Die volgorde is in de loop der jaren geoptimaliseerd. De telers willen de grond zo min mogelijk beroeren (diepte en intensiteit zijn hierbij sleutelwoorden) en jaarrond zo lang mogelijk groen houden.

In het perceel pootaardappelen staan Agria, Carolus én Twister. Van den Dries moest ze tijdens de gortdroge knolzetting beregenen, maar alleen Twister had een tweede keer water nodig. In 2018 hield Twister er eind juni al mee op en bleef toen steken op 65% van de opbrengst van de andere rassen. In 2019 bemestte en beregende van den Dries Twister iets meer en was de gemiddelde hectareopbrengst enorm: 52 ton; een kwart meer dan Agria. Minstens zo belangrijk: zonder virusinfectie over alle rassen; in de nateelt is dit jaar nog vrijwel niets gevonden.

In jaar 5 volgen granen. Ruim de helft van het perceel is een wintervoedselakker voor een betere biodiversiteit, de rest is een mengteelt van tarwe, haver en triticale. De opbrengsten ervan zijn opvallend goed. Hier laat Van den Dries het effect van droogte in combinatie met kopakkerstructuur zien die tot een te open stand van het graan heeft geleid.

Deze witte tentjes maken ook deel uit van proeven van het Louis Bolk Instituut. Hier vinden bestuivingsproeven plaats. Al dan niet met toegang voor natuurlijke insecten of hommels erbij. Een opvallend resultaat van vorig jaar: de opbrengst van onbestoven veldbonen-plotjes lag bijna 3 keer zo laag als die van de bestoven varianten.

Van den Dries probeert het energieverbruik onder meer via onbereden beddenteelt te drukken. De trekkers en machines zijn aangepast en zijn breder dan gemiddeld. Ze staan op 3,15 meter. De teler werkt hiervoor samen met een collega om de kosten beheersbaar te houden.

30% van het perceel luzerne met grasklaver bestaat uit bloemstroken; een vogelakker vergoed vanuit de ANlb-subsidie. Het zoemt er van de insecten en daar komen vogels op af. Luzerne is een enorme hulp in het tegengaan van ondergrondverdichting vaak lastig op deze sloefgronden.

Een overzicht van het bedrijf waar een nieuwe bewaarloods wordt gebouwd en waar een hoge mate van zelfvoorziening centraal staat. Op dat vlak zijn echter nog verbeterpunten: meer energie opwekken en qua landwerk energie besparen. Vooral door minder te beregenen en minder of niet te branden.

Met onbereden beddenteelt en lichte werktuigen wil Van den Dries de grond zo min mogelijk verdichten zodat wortelstelsels nauwelijks gehinderd de diepte ingaan en zo een groter (bodem-)bereik ten aanzien van de vocht- en nutrientenopname hebben.

Van den Dries zet al jaren sterk in op een betere biodiversiteit. Met resultaat. De kwartel, gele kwikstaart, karekiet en vele andere soorten zijn hier te vinden. Daarnaast is de leeuwerik teruggekeerd. In de akkerranden is de gulden sleutelbloem (rode lijstsoort) onder meer te vinden (hier niet op de foto).

Van den Dries is er van overtuigd dat een betere biodiversiteit fors meer stabiliteit in ziekte- en plagenbeheer met zich meebrengt. Elk jaar zijn er luizen in de gewassen, maar de teler kan zich niet heugen dat dit ooit zulke vormen aannam dat dit opbrengsten merkbaar raakte.

Het derde gewas is witte kool voor de zuurkoolindustrie. Het merendeel tweederde levert van den Dries vroeg, de rest laat. Na de vroege kool volgt in september een groenbemester. In jaar 4 is het de beurt aan de wortelachtigen. Dit jaar peen, soms ook knolselderij.

De nieuwe bewaarloods op het erf. Er komen straks zonnepanelen op te liggen. Zo kan het bedrijf qua energie nog beter zelfvoorzienend worden.

De telers zaaien onder compost en in de praktijk is dat bijna altijd onkruidvrij. Als je een strook van 7 centimeter breed met een laagdikte van 2 à 3 centimeter bovenop het zaad legt, kunnen daar normaal gesproken weinig onkruidzaden doorheen komen. Het voor opkomst branden is dan niet meer nodig. Hier laat Van den Dries zien dat het onkruid aan de rand van de compost zit en niet in de compoststrook zelf.

Tot slot volgen de conservenerwten, nu voor het tweede jaar. De nateelt is vaak bloemkool/koolraap of, als er geen nateelt is, een groenbemester. In 2018 teelde Van den Dries nog spinazie, maar met dat gewas waren er meer problemen met wortelonkruiden. Erwten zijn bovendien iets makkelijker te telen.

Hier is dat beter te zien. Overigens verslempt de compostlaag niet en dat is een voordeel als je zou moeten beregenen om het gewas boven te krijgen. Ook wordt compost vanwege de donkere kleur iets warmer en beïnvloed dit samen met de voedingsstoffen in de compost - de begingroei positief.

De teler wijst hier op de opkomst van pas gezaaide klaver als onderteelt in graan. Idealiter komt er bij het maaidorsen - in combinate met het verhakselen van stro - een hele klavermat tevoorschijn. De ervaring is dat klaver en verhakseld stro samen een zodanig microklimaat met zich meebrengen dat het stro prima verteert zonder extra externe input van stikstof. In een geslaagde klaver als onderteelt in graan kan 200 tot 300 kilo stikstof per hectare vastgelegd worden.

Het Louis Bolk Instituut heeft proefvelden op het bedrijf van Van den Dries. Dit is een mengteelt van lupine en granen. De lupine lijkt droogte redelijk te doorstaan, maar de opbrengsten blijven in vergelijking met bijvoorbeeld veldbonen achter.

Een beeld van verschillende velden met een mengteelt van lupine en granen en lupine als monoteelt. Van den Dries streeft met zijn bedrijf naar zelfvoorziening. Een voorbeeld is stikstofbinding door vlinderbloemigen. Een ander voorbeeld is de eerder genoemde compost die van maaisels uit natuurgebieden komt.

Beheer
WP Admin