Nieuwe rassen winterplantuien getest

Soms wordt de aandacht even afgeleid door een niet overal alledaags transport. Deze 750 meter lange autotrein gaat naar het haven-industriegebied Vlissingen-Oost van waaruit de auto 's overzee of per oplegger naar de afnemers gaan.

Opvallende ziektes werden niet geconstateerd. Alleen een lichte aantasting van meeldauw, niet verwonderlijk gezien het afgelopen voorjaar.

Bijzondere aandacht voor deze rode winteruien. Deze ui kenmerkt zich door een fraaie dieprode kleur en is redelijk gelijkmatig grof en vormvast.

Door de harde grond tijdens het bollen heeft deze ui nu een peervorm maar dat is binnen enkele dagen helemaal bijgetrokken.

Deze strook is beoordeeld en kan nu worden gerooid.

Achter een trekker van loonbedrijf Kloosterman uit Lewedorp is een rooier van De Groot en Slot gemonteerd die de uien loshaalt uit de grond zodat ze geraapt kunnen worden.

Om vermenging te voorkomen, wordt na elk veldje even gestopt om de uien die achter de rooistang blijven steken weg te halen.

Even overleg over de kwaliteit van het rooien. De kleigrond is keihard, maar de rooistang moet wel onder de uien door om beschadiging te voorkomen. Beschadigingen zijn zeker bij proeven ongewenst.

Medewerkers rapen de uien per veldje in kisten.

De stapel kisten van een veldje krijgt het nummer van het betreffende veldje mee.

Later wordt elk kistje gelabeld met het veldnummer en er wordt op elk label genoteerd hoeveel kistjes er van dit nummer zijn.

Een mooie partij in een kistje. De proefveld uien worden gedroogd en tot het volgend voorjaar bewaard om zeker te zijn van een goede kwaliteit. In het laboratorium worden zaken als droge stof en hardheid bepaald.

Na het rapen en labelen worden de kistjes met uien op pallets op de aanhanger geladen. De pallets worden achtergelaten op het bedrijf van Kloosterman en om later met vrachtwagen te worden opgehaald. De rooier gaat wel mee op de aanhanger want die is weer nodig op andere proefvelden.

Teeltbegeleiders van De Groot & Slot beoordelen hier samen met veredelaars van Bejo en Quality Inside een 25-tal nieuwe rassen winterplantuien. Deze vergelijken ze met bestaande rassen, waaronder het bekende ras Troy.

De proef is aangelegd in een perceel waar commercieel winteruien zijn geteeld, de proefrassen krijgen dezelfde behandeling. Deze proef wordt in het Zuidwesten dubbel uitgevoerd. Deze proef ligt bij Lewedorp en de andere bij Krabbendijke. De commerciële teelt op het omringende perceel is inmiddels geleverd en de grond bewerkt.

Van een nummer worden eerst de schieters verwijderd en geteld. Het afgelopen teeltseizoen kenmerkte zich door weinig schieters in de winteruien. Dat was dus bij deze proeven uiteraard ook het geval en dat geeft daarom nu een wat geflatteerd beeld van het percentage schieters dat in een nummer kan voorkomen. Voor een nummer op een rassenlijst komt, wordt dit meerjarig getest en dan kan er een teeltseizoen bij zitten waar algemeen veel schieters voorkomen.

Daarna worden een aantal uien opgetrokken om een algemene indruk van het uiterlijk te krijgen.

Dit nummer heeft een variabele grofte en is ook niet 100% vormvast. Wel heeft dit nummer mooie fijne halzen.

Dit lijkt er al meer op, mooi grof en in een homogene maat.

Dit nummer wordt niet eens beoordeelt. Nog veel te groen en daardoor veel te laat met afrijpen voor een winterui.

Alle geconstateerde veldgegevens worden genoteerd zoals aantal schieters, uniformiteit, variatie in grofte, halsdikte, vroegte en algemene indruk.

Dit nummer laat een volle rij zien van grove ui met mooie halzen.

Dit rijtje, van linksonder naar rechtsboven, laat waarschijnlijk wegvallers zien. Per veldje is bekend hoeveel uien er geplant zijn en na het rooien worden alle uien per nummer geteld om zo de wegvallers vast te stellen.