Luzerneoogst in beeld

Groendrogerij Timmerman bestaat dit jaar honderd jaar. Luzerne vormde altijd al al een belangrijk onderdeel van het bedrijf. Voor de Tweede Wereldoorlog nam transportbedrijf Van Gend & Loos veel luzerne af voor de paarden. Luzerne werd toen nog op ruiters op het land gedroogd en in balen geperst.

Timmerman laat op jaarbasis ongeveer 2.500 hectare luzerne telen. Het teeltgebied omvat Zeeland, de Zuid-Hollandse eilanden en West-Brabant. Daarnaast droogt Timmerman ook voor klanten.

Om rendabel te kunnen werken moet een perceel 6 à 7 hectare omvatten. De ondergrens is 3 à 4 hectare. Een perceel wordt drie tot vier keer per jaar gemaaid. Luzerne is een goed wisselgewas en is tot het vierde jaar productief, daarna neemt de productie af.

Een zelfrijdende Krone-maaimachine is bezig op een perceel bij Numansdorp (Z.-H.). De machine rijdt op gps en maait 9,5 meter breed.

Op hetzelfde perceel maait een Fendt 930 met een 7 meter brede Kuhn-maaibalk. De maaibalk zit achterop de trekker. Dankzij de omkeerinrichting rijdt de chauffeur vooruit.

Na het maaien blijft de luzerne nog enige tijd liggen tot het droog genoeg is om op zwad geharkt te worden. Hiervoor wordt een New-Holland met een hark van Italiaanse makelij ingezet.

Voor het hakselen van de luzerne staan vier hakselaars klaar. Twee bunkerhakselaars waarbij de vrachtwagen langszij komt om geladen te worden, en twee containerhakselaars waarbij de hakselaar zelf een volle container omwisselt voor een lege.

Het vervoer van perceel naar bedrijf gebeurt met containerauto’s. De vrachtauto brengt twee lege containers en neemt de volle mee. Dit vervoer over de weg besteedt Timmerman overwegend uit aan een extern bedrijf.

Op het bedrijf wordt de opgehaalde luzerne gelost en met de shovel op hopen geschoven.

Tijdens zijn rondgang over het bedrijf heeft Theo Timmerman overleg met de medewerkers. Hier een korte bespreking met de shovelchauffeur.

De luzerne wordt gehakseld in twee kwaliteiten: grof en fijn. Op de foto: fijn gehakselde luzerne bestemd voor korrels.

De grof gehakselde luzerne wordt na droging tot balen geperst voor veevoer.

Een bak fijn gehakselde luzerne wordt met de shovel in de stortbak gelost om te worden gedroogd. Dit is een doorlopend proces. Per dag wordt 400 ton gedroogd.

Voor het drogen staan twee droogtrommels opgesteld met immense afmetingen. Het leeggewicht van een droogtrommel is 80 ton.

De warmte voor de droogtrommels komt van drie ovens. Bij de eerste trommel staat één oven. Bij de andere trommel kan als het nodig is een tweede oven worden ingezet. Er wordt gedroogd bij een temperatuur van 400 graden.

In een goed geïsoleerde ruimte in de drogerij zijn de meet-en regelsystemen ondergebracht. Dit vormt het hart van de drogerij en perserij.

Een deel van de machines, die de fijn gehakselde luzerne verwerken tot korrels.

Een handvol hete luzernekorrels. Deze worden in allerlei soorten diervoeders verwerkt, van voer voor een marmot tot voer voor een paard.

In de naastliggende hal wordt de gedroogde grof gehakselde luzerne afgewerkt. Eerst brengt een koeltoren de temperatuur van 100 graden terug naar 25 graden.

Dan wordt de afgekoelde luzerne in balen geperst. Dit zijn balen van 350 kilo, hoofdzakelijk bestemd voor de melkveehouderij.

Inspelend op de markt voor klein gebruik perst Timmerman sinds kort ook kleine balen van 20 kilo.

De laatste fase is het afleveren. Een met grote balen geladen vrachtauto staat klaar om de vracht naar een afnemer te brengen.