Gros varkenshouders voldoet aan kopernorm

92% van de vleesvarkenshouders houdt zich aan de toegestane norm voor koper in het varkensvoer. Dat heeft de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) vastgesteld.

In 2014 hield 67% van de varkenshouders zich aan de norm voor kopergebruik. Het resultaat van verminderde kopergebruik zijn toe te rekenen aan het feit dat de NVWA in 2015 een voorlichtingscampagne onder de varkenshouders heeft gehouden. De veehouders hebben meer aandacht gekregen voor de voersamenstelling en 76% van de varkenshouders zijn in gesprek gegaan met de voerleverancier en/of dierenarts over de samenstelling van het voer.

Voer- en mestmonsters

Eind 2015 en begin 2016 heeft de NVWA inspecties uitgevoerd op vleesvarkensbedrijven met meer dan 1.250 vleesvarkens om de norm voor koper in varkensvoer te controleren. Inspecteurs namen voermonsters bij varkens op 4, 5 en 6 weken na opleg. Hieruit blijkt dat de voeders van varkens op 4 weken na opleg nog boven de normen ligt en de voeders op 6 weken gemiddeld onder de norm liggen. Uit een analyse van mestmonsters blijkt het kopergehalte af te nemen met 50%.

Boete bij overtreding kopernorm

De NVWA blijft het gebruik van koper in varkensvoer monitoren. Bedrijven waar te veel koper in het veevoer is geconstateerd, kunnen reken op een boete van €5.000 en daarnaast op een herinspectie van de NVWA. De NVWA geeft aan dat het voor varkenshouders belangrijk is om de voerbonnen op de juiste samenstelling te controleren en zo nodig contact op te nemen met de voerleverancier.