VarkensNieuws

NVV wil geld van Brabant en eerlijke marktpositie voor boer

Den Bosch – Woensdag vond de eerste hoorzitting plaats van de NVV tegen de provincie Noord-Brabant in de rechtbank Oost-Brabant in Den Bosch.

Inzet was een schadevergoeding voor varkenshouders en het schrappen van niet-ruimtelijke relevante eisen voor veehouders in de Verordening Ruimte.

Verduurzaming is een zaak van de hele keten en niet enkel de verantwoordelijkheid van de primaire sector. Dat stelt de Nederlandse Varkenshouders Vakbond (NVV) woensdag tijdens de rechtszitting over de Brabantse ruimteregels. Volgens NVV-voorzitter Ingrid Jansen dwingt de provincie de varkenshouders tot een meer duurzame bedrijfsvoering. Daar is Jansen niet op tegen, maar de bovenwettelijke duurzaamheidsregels leiden tot een kostprijsverhoging. En deze extra kosten kunnen de varkenshouders niet terugverdienen. Jansen legde de rechter uit: “De regels van de provincie verzwakken de onderhandelingspositie van de boer tegenover de retailer. De overheid moet verduurzaming overlaten aan de markt. Alleen dan kan de boer ook de extra kosten die hij maakt terugverdienen.”

Jansen beroept zich op het Verbond van Den Bosch. Retailer en boeren hebben toen afspraken gemaakt over vergaande verduurzaming van de vleesketen. Volgens Jansen is afgesproken dat deze kosten niet alleen voor rekening komen van de varkenshouders. Daarom eist de NVV een schadevergoeding. De NVV wordt bijgestaan door advocaat Joost de Rooij van Linssen Advocaten. Hoe hoog het schadebedrag moet zijn, weet De Rooij nog niet. “Dat is ook lastig te berekenen. Volgens onze inschatting moet een varkenshouder €30.000 tot €40.000 extra investeren om aan de extra provincie-eisen te voldoen en dus in aanmerking te komen voor een vergunning.”

De provincie deed in de rechtbank waar 25 NVV-leden de rechtszaak volgden, de eis voor een schadevergoeding af als verkapte staatssteun. “En dat is verboden”, aldus de juristen namens de provincie.

Experiment

Behalve een schadevergoeding wil de NVV ook af van de bovenwettelijke duurzaamheidseisen vastgelegd in de Brabantse Zorgvuldigsscore (BZV). Volgens de NVV is de BZV onrechtmatig omdat het niet-ruimtelijk relevante eisen bevat, zoals antibioticagebruik, dierenwelzijn en kringloop. De Rooij: “Neem eisen over het sluiten van de mineralenkringloop. Dit valt landelijk onder de Meststoffenwet en Kader Richtlijn Water. Het is een niet-ruimtelijk relevante eis en hoort niet thuis in de BZV, onderdeel van de Verordening Ruimte.”

De juristen van de provincie weerlegden de aanklacht met het argument dat mestafzet en voerproductie horen bij grondgebondenheid en daarom ruimtelijk-relevant zijn. Dit geldt ook voor de fijnstof- en geurregels. Beiden hebben invloed op de woon- en leefomgeving van omwonenden. Die redenering gaat ook op voor de landschappelijke inpassing van veehouderijbedrijven en de verplichtte maatschappelijke dialoog met omwonenden, aldus de provincie.

Volgens de juristen van de provincie is de BZV een keuzemenu en laat boeren de vrijheid te scoren op die thema’s die hen past. De provincie beroept zich de recente uitbreiding van de Crisis- en Herstelwet, speciaal voor Brabant. Het kabinet heeft deze wet uitgebreid om Brabant de wettelijke mogelijkheid te geven om te experimenteren met de BZV.

Royaal

In een eerste reactie liet de rechter merken dat de provincie mogelijk het begrip ‘uitbreiding’ wel heel royaal interpreteert. “Bedrijfsontwikkeling hoeft niet altijd te leiden tot meer dieren”, aldus de rechter. De BZV geldt voor iedere aanpassing of uitbreiding van een veehouderij. Neem mestverwerkingsinitiatieven op de boerderij, reageert De Rooij tot slot. “Veehouders zijn verplicht om hun mest te verwerken maar de strenge ruimteregels van de provincie houden hen tegen.” De provincie zegt te werken aan het verruimen van de regels voor mestverwerking.

Beheer
WP Admin