VarkensNieuws

Zeugenhouderij gaat naar 35 biggen per jaar

Doetinchem – Het aantal grootgebrachte biggen per zeug stijgt gemiddeld nog steeds. Topbedrijven gaan richting 35 biggen per jaar; de beste zeugen gaan daar al overheen.

Ook het sectorgemiddelde gaat die kant op; als de historische productietoename rechtlijnig wordt voorgezet, produceert in 2026 het gemiddelde bedrijf 35 biggen. En het einde is nog niet in zicht; door de genetische trend kunnen de topbedrijven over een aantal jaren de veertig biggen aantikken.

Deskundigen zijn het er over eens dat het die richting opgaat. “Zolang er variatie is, de erfelijkheidsgraad groter dan nul en het milieu niet beperkend, mag je verwachten dat door selectie nog vooruitgang mogelijk is”, aldus Egbert Kanis, docent fokkerij en genetica aan Wageningen UR. Daarbij is een veelgehoorde opmerking dat niet het dier, maar de varkenshouder de beperkende factor is. Ook Saskia Bomhof, geneticus bij PIC, ziet potentie door de variatie tussen zeugen. “Als de zeug maar in balans gefokt en gehouden wordt, zijn gemiddeld veertig biggen mogelijk.”

Bij een verdere verhoging van de productie komt wel het grootbrengend vermogen van de zeugen onder druk te staan. Meer lichte biggen en minder melk per big betekenen meer zorg en maatregelen in de kraamstal. Volgens Leo van Leengoed, hoofddocent diergeneeskunde Universiteit Utrecht wordt de hoeveelheid zeugenmelk in de toekomst de beperking. Zo ver is het echter nog lang niet. Van Leengoed denkt dat 40 tot 45 biggen per zeug mogelijk is, daarna topt het af, volgens hem.

Beheer
WP Admin