Dijkstal voor vleesvarkens levert beter rendement VarkensFoto

Dijkstal voor vleesvarkens levert beter rendement

Familie Wennekers nam 1,5 jaar geleden 4 dijkstallen voor vleesvarkens in gebruik. Een zelfbedacht concept. Boerderij ging opnieuw langs.

Een overzicht in de dijkstal. De varkens staan in grote groepen van 360 met alleen enkele schotten aan de zijkant die aparte lignesten vormen. Wennekers koos voor een dichte vloer met veel biologisch stro. De varkens hebben 1,3 m² ruimte per dier.

De 300 meter lange dijk loopt helemaal rondom de 4 dijkstallen. De stallen zijn 4,5 meter hoog, de dijk is 2 meter lager. Toch is er voldoende landschappelijke inpassing; er steekt alleen groene damwand boven de dijk uit.

Francisca (39) en Jan (40) en Lida (60) en Ruud (64) Wennekers zitten in Schagen (N-H) in maatschap. Hun biologische varkensbedrijf - Ekovar - heeft capaciteit voor 180 zeugen en 1.440 vleesvarkens en heeft 26 hectare grasland (weidevogelbeheer).

Het bedrijf ligt aan een zeedijk. Het bouwblok is groot; een soort halve cirkel. Vooraan (hier rechts) bevinden zich de biggen-, kraam- en dragende zeugenstal. Met daarachter een mestbult en een zeugenuitloop. Vier dijkstallen vormen de buitenste schil.

Hier zijn 2 van de 4 dijkstallen goed te zien. Wennekers won meerdere innovatieprijzen voor dit zelfbedachte concept. De stallen zijn geïntegreerd in een zelf aangelegde, 300 meter lange dijk en zijn september 2016 in gebruik genomen.

Met grote groepen gaat het uitmesten 2,5 keer zo snel. Terwijl de varkensstapel toch verdubbelde. Dat laatste heeft nog een voordeel. Met dit aantal dieren komt de afnemer nu telkens met een schone vrachtwagen. Zo is er minder kans op ziekte-insleep.

Via luikjes lopen de vleesvarkens de dijkstal uit. Dan komen ze in deze buitenloop met roosters terecht. Ze hebben er 1 m² ruimte per dier. Ook met temperaturen iets boven het vriespunt lopen de varkens nog buiten.

In het midden van elke buitenloop staat een sorteersluis; een weeg- en voerstation. Varkens die voer willen, lopen het station in. Daar worden ze eerst gewogen. Aan de hand van het gewicht wordt bepaald of ze start- of afmestvoer krijgen.

De sorteersluis rekent met percentages zodat de 2 groepen ongeveer even groot zijn. Wennekers vindt het een ideaal systeem dat veel tijd bespaart. In de oude situatie duurde het wegen 8 uur per week, met 2 personen en de helft van het aantal varkens.

Wennekers boekt ondertussen goede resultaten met de varkens die al sinds 35 jaar naar De Groene Weg gaan. Van de laatste 189 afgeleverde varkens zaten er 121 in het topsegment. Dat leidde tot een meerprijs van plusminus ¬ 4.000.

Daarmee zat Wennekers die laatste levering ¬ 0,01 tot ¬ 0,02 per kg hoger dan het gemiddelde bij De Groene Weg. De cijfers spreken voor zich. Het gemiddelde afmestgewicht was 94,3 kg. Met 15,8 spek, 66,1 spier en 57,9 vlees.

Niet alleen de varkens in de dijkstal lopen buiten. Ook de jongere dieren in de biggenstal zoeken het zonnetje op.

In de kraamstal ligt net als in de dijkstal biologisch stro.

De achterkant van de dragende zeugenstal. Het dak is aan deze kant bezaaid met zonnepanelen. Het zijn er 160. Samen goed voor 40.000 kilowatt op jaarbasis. Rechts is de buitenloop van de zeugen te zien.

Ondanks de lage temperaturen tijdens de Boerderij-reportage liepen hier gewoon zeugen buiten.

Na de dijkstallenbouw volgde stap 2: gesloten kringlopen via nieuwe samenwerkingsverbanden. Dat lukte in 2017. Daarbij heeft Wennekers een groot voordeel. Hij heeft als bijna enige varkenshouder een ideale locatie, tussen allemaal akkerbouwers.

Wennekers moet jaarlijks 250 kuub vaste mest en 2.000 kuub drijfmest afvoeren. De vaste mest gaat nu naar 3 akkerbouwers à ¬ 3,50 per kuub. De drijfmest gaat naar 6 lokale akkerbouwers én fruittelers. Dat gebeurt met een gesloten beurs. Nog wel.

De toegenomen rust heeft ook met andere genetica te maken. Topigs 20 werd Topigs 50 en qua eindbeer werd de Piétrain een Tybor. Ook wil Wennekers straks naar Topigs 70 toe. Het doel: meer moedereigenschappen terugfokken met het Noorse landvarken.

Ook aan de voerkant was er succes. Kuilgras van eigen land ging voorheen naar paardenmaneges. Maar nu is hier ook echt afzet voor. Enkele biologische veehouders betalen er sinds kort voor.

Dat levert zoveel op dat Wennekers er al het benodigde biologische stro voor de dijkstallen en andere stallen van kan terugkopen. Hij heeft jaarlijks 150 ton nodig. Met de huidige prijs van ¬ 180 per ton is dat een voordeel van ¬ 27.000 per jaar.

De open ruimte in de dijkstal leidde ook tot een verbeterde hiërarchie. De varkens waren in zekere zin overdonderd, merkte Wennekers. Ze vechten elkaar de tent niet uit. Er heerst bovenal rust. En er is minder staartbijterij.

In de oude situatie zaten de varkens in kleinere groepen. Nu hebben ze meer ruimte. Wennekers merkt dat er nu meer natuurlijk gedrag is en dat de stress sterk is verminderd. Ook als de dieren ingeladen worden als ze naar het slachthuis gaan.

Beheer
WP Admin