‘Lever geen biggen onder de 25 kilo’

De biggenmarkt trekt aan en dat brengt vermeerderaars in de verleiding biggen te leveren van ver onder de 25 kilo. Dat moet je als boer niet willen, is de mening van Marko van Asten, directeur van de gelijknamige varkensbedrijven.

Van Asten: “Ga geen biggen onder de 25 kilo afleveren, hoe aantrekkelijk dat ook lijkt.”

Van Asten sprak afgelopen dinsdag op het symposium Hogere Varkensgezondheid, georganiseerd door Boerderij. Thema was kwaliteit in de keten en hoe men bij Van Asten daarmee omgaat. Ten eerste moet de verzorging van de varkens gewoon top zijn, in alle fasen van de productie. Daarnaast is de speenleeftijd, het aantal biggenplaatsen per zeug en het aflevergewicht van groot belang om kwaliteitsbiggen te leveren. De biggen van Van Asten gaan voor een groot deel naar Duitsland. Daar wil men biggen van minimaal 28 kilo.

Boemerang

Als de handelaar om biggen zit te springen en een goede prijs wil geven, is de verleiding groot ook de lichte dieren te leveren. ‘Niet doen’, stelt Van Asten. Het risico is enorm dat de mester achteraf niet gelukkig is met dat kleine grut en jouw biggen over vier maanden niet meer wil, of alleen voor veel minder geld. Dan gaat het weer richting de zomer, raakt de biggenmarkt langzaam verzadigd en wordt aan de toeslag gerommeld of beland je als vermeerderaar op de vrije markt. Dan heb je nu misschien twee euro meer, maar raak je in juli zes euro toeslag kwijt. De lichte biggen keren zich dan tegen je.

Langetermijnvisie

Het pleidooi van Van Asten om af te zien van kortetermijnpolitiek is er een om in de oren te knopen. Als zeugenhouder is het goed de lange termijn voor ogen te houden en niet voor het snelle geld te kiezen. Kwaliteit wint uiteindelijk altijd. En die biggenprijs blijft nog wel even goed. Er wordt niet voor niets zo hard aan de biggen ‘getrokken’.