VarkensOpinie

PAS gaat bedrijfsontwikkeling hinderen

Het Programma Aanpak Stikstof (PAS) gaat de ontwikkeling van varkensbedrijven frustreren. Staatssecretaris Dijksma schetst hierover een te rooskleurig beeld.

Het Programma Aanpak Stikstof (PAS) komt eraan! Het wordt al sinds jaar en dag geroepen door Den Haag, maar op 1 juli is het dan toch zover. Het is bekend dat er de nodige kritiek is op de houdbaarheid van het PAS, met name in het licht van de huidige rechtspraak van de Raad van State over de huidige Natuurbeschermingswet (Nb). Vaak gaan die uitspraken nu al over de mate van zekerheid van het uitblijven van negatieve effecten, en straks bij het PAS als geheel dringt zich steeds de vraag op of voldoende verzekerd is dat uiteindelijk bepaalde milieudoelstellingen worden behaald.

PAS brengt op korte termijn verlichting, maar op langere termijn … ?

Velen hopen dat het PAS overeind blijft, al is het maar omdat het PAS vergunningverlening aanzienlijk zal vergemakkelijken. Het PAS gaat immers bij vergunningverlening uit van de feitelijke, hoogste – legale – emissie tussen 2012 en 2015. Toegegeven, hier zit inderdaad een verlichting in: in plaats van het huidige complexe systeem van vergunde rechten op referentiedata en nadien verleende vergunningen zal het PAS met aansluiting bij de huidige situatie leiden tot een ‘vlot trekken’ van vergunningverleningen (waar nog nodig). De staatssecretaris geeft mede in dit perspectief hoog op van het PAS en schetst een rooskleurig beeld.

Vergunning wordt afhankelijk van provincies, en die zijn terughoudend

Het beeld is echter te eenzijdig. Deze inhaalslag op korte termijn is zeker wenselijk, maar ik vrees op de langere termijn voor de (door)ontwikkeling van bedrijven. Wedden dat het PAS dat gaat frustreren? Vergunningverlening wordt immers afhankelijk van de medewerking van provincies: zonder benodigde ontwikkelingsruimte, toe te kennen door die provincies, geen ontwikkeling. De Nb wordt daarmee een pasvorm: het past nu, maar u mag niet groeien. Dat gaat geheid knellen. We weten allemaal hoe uiterst terughoudend veel provincies inmiddels zijn om ruimte te bieden aan veehouderijen. U kunt zich vast voorstellen hoe dat gaat worden als de beperkte ontwikkelingsruimte ook nog moet worden gedeeld met concurrenten, zoals verkeer en industrie. Het is naïef te veronderstellen dat de landbouw in die rangorde niet het sluitstuk vormt. De staatssecretaris zou er goed aan gedaan hebben de beleidsvrijheid van ­decentrale overheden te beperken.

Partij voor de Dieren waarschuwde de boer in 2014

Ik ben beslist geen fan van de Partij voor de Dieren, maar Ouwehand heeft de sector bij de behandeling van het wetsvoorstel in april 2014 wellicht onbedoeld gewaarschuwd: “Want het was Ger Koopmans die de lead nam in de uitholling van de stankwetten, de ammoniakregels en de Natuurbeschermingswet. Hoewel dit koren op de molen was van de industriële landbouw en de lobby van LTO, is dat de laagste streek die boeren ooit is geleverd in dit land. […] Het CDA dus, uit wiens koker ook dit voorstel kwam, heeft boeren schaamteloos misleid en voorgelogen over hun uitbreidingsmogelijkheden en hun rechtspositie …”

CDA en Ger Koopmans tekort gedaan

Dat het CDA en Ger Koopmans hier op schandalige wijze tekort zijn gedaan, is duidelijk. Even duidelijk is echter dat ervoor gezorgd moet worden dat u reëel ontwikkelings­perspectief houdt en niet met een dooie mus blij wordt gemaakt. Ik vrees met grote vreze …

Beheer
WP Admin