Grauw gras nog geen reden voor zorg

Een blik op het grasland leert dat het gras behoorlijk geel-bruin-paars kleurt. Eigenlijk ziet het er niet uit, maar er is geen reden voor zorg. De verkleuring is puur een kwestie van temperatuur, die maakt dat het gras niet groen oogt.

Hoewel er geen ‘echte’ winter is geweest, willen de temperaturen ook niet echt vlotten. Het is te koud voor de tijd van het jaar. De bodemtemperatuur blijft achter en dat maakt dat de groei nog maar amper op gang komt. Volgens deskundigen loopt de natuur zelfs een week achter bij vorig jaar en dat was al geen vroeg jaar.

Weinig mobiliteit meststoffen

Door de lage temperatuur is er weinig mobiliteit van de meststoffen en van de nutriënten die wel beschikbaar zijn neemt de plant er maar weinig op door de lage activiteit. De paars-verkleuring van het gras is een rechtstreeks zichtbaar effect van te lage fosfaatopname.  De geel-bruinverkleuring is gevolg van de te lage opname van stikstof. Ook wordt een deel van de verkleuring toegeschreven aan de ophoping van suikers.

Suikers hopen op

Het is vorige week wel vrij zonnig geweest en dat is voor de plant de basis om suiker te vormen. Deze suikers worden echter niet omgezet in groei en hopen dus op. Nu de voorspellingen voor het Paasweekeinde gunstiger zijn, rond 12 graden overdag en in de nacht rond 6, zal de plant actiever worden en kan de verkleuring ook snel verdwijnen.

‘Gras wel geschikt voor beweiding’

Volgens de nieuwsbrief van De Weideman, van stichting Weidegang, is het gras wel goed geschikt voor beweiding. De start van de weidegang kan dan met een paar uur per dag beginnen. Dat geeft de koeien de tijd om aan het verse gras te wennen. Daarbij kunnen de weidepercelen kort afgegraasd worden. Dat verlaagt het groeipunt en zorgt er voor dat er in de zomer minder zaadstengels gevormd worden. Het advies is om in het voorjaar tot 3,5 centimeter stoppelhoogte af te laten grazen. In de zomer kan dan naar 4 centimeter.