Meer dan helft veehouders bezig met IBR

53% van de melkveehouders is bezig met de aanpak van IBR. Dat meldt de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) in Deventer in zijn blad Herkauwer.

De 50%-grens werd begin dit jaar overschreden. Rond 5.500 melkveebedrijven (31%) zijn IBR-vrij gecertificeerd. Daarnaast hebben 3.800 melkveebedrijven (22%) de status Tankmelk onverdacht.

Tankmelk onverdacht

De Gezondheidsdienst meldt dat met name de interesse voor het halen van de Tankmelk onverdacht-status de laatste maanden enorm is gestegen. Met één gunstige uitslag kan deze status al worden gehaald. Van de deelnemers heeft tweederde gelijk al de eerste monstername een gunstige uitslag en heeft daaropvolgende de status ontvangen. Het andere derde deel heeft een ongunstige uitslag en moet vervolgstappen ondernemen. De melkveehouders die een gunstige uitslag hebben kunnen na twee jaar maandelijks tankmelkonderzoek met gunstige uitslag via een vereenvoudigede route IBR-vrij gecertificeerd worden.

Op basis van gegevens van het derde kwartaal 2015 ziet 0,1% van de IBR-vrij gecertificeerde bedrijven een tankmelkomslag (van gunstig naar ongunstig). Bij de status IBR tankmelk onverdacht is dat 1,2%.

Voor BVD geldt dat in het derde kwartaal van 2015 40% BVD virusvrij is of BVD tankmelk onverdacht. Dit is een toename van 2% in vergelijking met het voorgaande kwartaal. Voor beide infectieziekten is een plan van bestrijding in de maak die naar verwachting in 2017 verplicht zal worden.