‘Meer melk betekent vooral meer mestafzetkosten’

Langerak – 7 procent meer melk in plaats van 2 procent, zoals eerst verwacht, dat is een onverwacht grote toename. Het zal de Nederlandse melkveehouderij echter niet in grote problemen brengen, denkt Kees Romijn, voorzitter van de LTO vakgroep Melkveehouderij.

Qua fosfaatruimte zal de veehouderij in ieder geval niet in de problemen komen, meent hij. “We moeten uiterlijk eind 2016 het aantal dieren en kilo’s fosfaat in evenwicht hebben. Wel zal de extra mestproductie die gepaard gaat met de grotere productie van melk duurder worden in termen van mestafzet. Uitgaande van goed 3,3 miljoen kilo meer mest en een prijs van €10 per ton, zal dat neerkomen op €33 miljoen aan extra mestafzetkosten (berekening Boerderij, uitgaande van LTO-berekeningswijze mestproductie).

Nederland is een koeienland

De fors hogere melkproductie is volgens Romijn te verklaren uit een aantal omstandigheden: veehouders hebben in verband met de onzekerheid over de precieze mestwetgeving meer dieren aangehouden – en meer dieren is meer melk, het opheffen van de quotering heeft ook veel enthousiasme losgemaakt, bovendien proberen velen bij een dalende melkprijs de kasstroom op peil te houden en bovendien is het tot nog toe een groeizaam jaar. Romijn: “Nederland is een koeienland en hier groeit gras.”

Zorgen voor gezinnen

Romijn tekent aan dat de dalende melkprijs in veel gezinnen wel zorgen geeft. Diverse bedrijven hebben het financieel niet gemakkelijk. LTO denkt er over na hoe in dit verband de €30 miljoen Europese hulp te gebruiken. Misschien voor noodleningen.