Meer melkveefosfaat door meer fosfor in ruwvoer

Den Haag – Een hoger fosforgehalte in zowel kuilgras als in vers gras in 2014 is de belangrijkste oorzaak voor de fors hogere fosfaatproductie van de melkveestapel.

Daardoor valt de fosfaatproductie door melkvee met 86,1 miljoen kilo 4 miljoen kilo hoger uit dan volgens de eerste raming in januari. De totale stijging ten opzichte van 2013, inclusief het effect van de grotere veestapel, van melkvee komt volgens het CBS uit op 5,5 miljoen kilo.

Landbouwtelling

Het CBS presenteert drie keer per jaar een berekening van de mestproductie door de Nederlandse veestapel. In alle berekeningen is de veestapel volgens de landbouwtelling het uitgangspunt. De eerste raming voor 2014 verscheen in januari 2015. Het CBS kwam uit op 168 miljoen kilo fosfaat op basis van dieraantallen 2014 maal de norm (uitscheidingsfactor) van 2013. In de cijfers die het CBS deze week presenteerde zijn de gegevens verwerkt over melkproductie, samenstelling van voer voor rundvee, varkens en pluimvee en de dieraantallen 2014. Op basis daarvan komt het CBS nu uit op een totale fosfaatproductie van 172,3 miljoen. De toename van ruim 4 miljoen ten opzichte van de eerste raming is dan ook toe te schrijven aan de hogere normen per dier. Vooral bij rundvee zijn de normen hoger door een forse toename van het fosforgehalte van zowel graskuilen als verse gras. Bij het melkvee komt daardoor de fosfaatproductie uit op ruim 86 miljoen kilo fosfaat, 4 miljoen kilo meer dan volgens de eerste raming.

Definitieve cijfers

In het derde kwartaal zijn alle basisgegevens bekend voor 2014, dan worden de definitieve mestcijfers vastgesteld voor alle diersoorten. Het CBS schat de bandbreedte in op circa 1 miljoen kilo fosfaat. De totale fosfaatproductie in 2014 kan uiteindelijk nog iets lager uitkomen dan de huidige 172,3 miljoen. Maar ook hoger, en dan zou mogelijk al op basis van de cijfers in 2014 het landelijke plafond overschreden zijn.