Meer koeien leidt niet direct tot hoger saldo per koe

Brussel – Uitbreiding van de melkveestapel leidt op korte termijn niet tot een verbetering van het saldo per melkkoe. Op de langere termijn is er wel een positieve invloed.

Dat blijkt uit een rentabiliteits- en kostprijsanalyse door de Vlaamse landbouwadministratie.

Nu niet de stap zetten om te groeien heeft voor een melkveehouder geen onmiddellijke impact. Maar als andere bedrijven wel groeien, zal het saldo per melkkoe na verloop van tijd dalen tegenover het sectorgemiddelde.

Het verhogen van de productiviteit, het verlagen van het krachtvoederverbruik, het verlagen van de leeftijd eerste kalving en het verminderen van het vervangingspercentage verbeteren wel, zowel op korte als op lange termijn, het saldo. Enkel voor het vervangingspercentage is de impact op korte termijn groter dan de impact op lange termijn. Voor de drie andere parameters is de impact op langere termijn groter.

Voor de analyse werd gekeken naar data van 108 gespecialiseerde melkveebedrijven, afkomstig uit het Landbouwmonitoringsnetwerk, over de periode 2007-2012. Als een onderverdeling gemaakt wordt, tussen de 50 procent sterkst en de 50 procent minst presterende bedrijven, blijkt dat de bedrijven met het hoogste saldo wel significant groter zijn dan de bedrijven met het kleinste saldo per koe. Dat geldt voor het aantal melkkoeien, aantal hectares ruwvoeder en melkproductie. Deze bedrijven zijn ook in staat een fors hogere melkproductie per koe en per hectare ruwvoeder te halen. Er is geen opvallend verschil in Groot Vee Eenheden per hectare waar te nemen.