‘Landbouw moet van intensivering naar gemengd bedrijf’

Om de klimaatproblemen aan te pakken moet de landbouw van intensieve naar gemengde bedrijven en lokale productie, zegt hoogleraar Pier Vellinga.

Als we de klimaatproblemen een halt willen toeroepen, is naast de energietransitie een doorbraak in de landbouw noodzakelijk. “We moeten naar een andere landbouw met gemengde bedrijven, lokale productie en een gezonder dieet met minder dierlijke eiwitten.” Dat zei Pier Vellinga donderdag 10 december op het symposium ter gelegenheid van zijn emeritaat als hoogleraar Klimaatverandering, water en veiligheid aan Wageningen University.

Parijse klimaattop

Met het einde van de Parijse klimaattop COP21 in zicht is de conclusie van Vellinga dat de afspraken die worden gemaakt een goede aanzet zijn om de wereldwijde temperatuurstijging beneden de 2 graden te houden. Vellinga: “Het is alleen onvoldoende en te laat om klimaatschade te vermijden.”

‘Na doorbraak energie is aandacht nodig voor omslag landbouw’

Parijs gaat wel voor een doorbraak op het gebied van hernieuwbare energie zorgen, zegt Vellinga. “Maar hierna moet er voor het klimaat meer aandacht uitgaan naar landbouw, grondgebruik en voedsel.”

‘Landbouw kan leren van duurzame-energietransitie’

Van die energietransitie moet de landbouw leren, stelt Vellinga. Het wereldvoedsel- en broeikasgasprobleem is volgens de hoogleraar met verdere intensivering en een efficiencyslag in de landbouw niet op te lossen. “We hebben een doorbraak nodig”, stelt Vellinga. “Een verandering van strategie van kwantiteit naar kwaliteit en kringlopen. Nog steeds investeren er jonge boeren in intensivering, maar eigenlijk zou de energie moeten gaan naar een gemengd bedrijf, het sluiten van kringlopen, en naar meer plantaardig voedsel. Als consumenten overschakelen op een gezonder dieet met minder dierlijke en meer plantaardige eiwitten, is genoeg voedselproductie voor de wereld mogelijk met veel minder uitstoot van broeikasgassen.”