RundveeNieuws

Miljoenen zoek na faillissement BKC

Deventer – Na het faillissement van BKC International en nog twee verbonden bedrijven resteert een totaal van ruim €10 miljoen aan schulden, waarvoor geen sluitende verklaring is.

Dit constateert curator Paul Schepel in zijn faillissementsverslag. In totaal hadden BKC Holding en haar vijf dochtervennootschappen per 25 juli (ruim een maand voor het faillissement van een deel van deze bedrijven) bijna €12 miljoen aan schulden. Daar staan vorderingen tegenover van formeel ruim €2,5 miljoen, maar deze vorderingen bestaan volgens de curator waarschijnlijk niet of nauwelijks. Om inzicht te krijgen in de werkelijke staat van de financiën is meer onderzoek nodig.

Op het moment van uitspreken van het faillissement war BKC International en BKC Production overigens nauwelijks meer actief. Het hoogtepunt van de productie en omzet lag volgens de gegevens die de curator heeft kunnen verifiëren in 2012. Toen werd een omzet geboekt van €35 miljoen, met een winst van €320.000. Daarna ging het bergaf. Over 2013 is geen jaarverslag beschikbaar. Uit omzetcijfers over de periode van 1 januari 2014 tot en met 25 juli jl. zou zo’n €8,2 miljoen aan omzet zijn gemaakt, met een verlies van ruim €2,7 miljoen.

Al in april/mei van dit jaar werd het uitbeenbedrijf in Olst gesloten. In Legden was al eerder gestopt met de slacht. De resterende activiteiten werden verplaatst naar Doodewaard, maar dat was ook voor korte duur. Het faillissement werd uiteindelijk aangevraagd door een van de twee nog overgebleven personeelsleden, omdat die al enkele maanden geen salaris meer hadden ontvangen. Voor de drie nog resterende dochterbedrijven van BKC Holding wordt volgens Schepel ook een faillissement voorbereid.

Een grote kalverleverancier heeft op de valreep nog geprobeerd betaling af te dwingen voor geleverde dieren, maar zag een incassoprocedure doorkruist door het faillissement.

De oorzaak van het faillissement ligt volgens voormalig bestuurder Mailkel Speijers in het feit dat de inkoopprijzen voor de kalveren te hoog zijn geweest, terwijl de verkooprijzen te laag en de kosten te hoog waren, zo citeert curator Schepel hem. Dit probleem begon met name nijpend te worden toen het aantal verwerkte kalveren in 2013 sterk terugliep.

Beheer
WP Admin