RundveeNieuws

Zeer vroege longworminfectie

Deventer – Bij een vaars van twee jaar oud, die klinische klachten had van een longworminfectie, zijn de longwormlarven van Dictyocaulus viviparus aangetoond. De larven werden gevonden na onderzoek op mestmonsters van melkvaarzen, van een bedrijf in Drenthe waar de koeien werden geweid.

Dat meldt de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD). De verdenking van longworm kwam tot stand doordat er op het bedrijf meer dan tien dieren waren met klachten als koorts en hoesten en omdat er productieproblemen waren.

De diagnose komt extreem vroeg in het weideseizoen, omdat klinische longworminfecties normaal gesproken pas vanaf midden augustus optreden. Omdat het zo kort na het uitscharen gebeurt, moet gedacht worden aan een besmetting met op het land overwinterde longwormlarven. Normaal overwinteren ze in een koe die drager is.

Deze bevestigde diagnose is een indicatie dat nu al met longworminfecties rekening gehouden moet worden. Het jaar 2014 is tot nu toe zeer zacht geweest, met een zachte winter en een vroeg en relatief warm voorjaar. De GD adviseert aan praktiserende dierenartsen is om in verdachte gevallen zeker ook aan longworminfecties te denken.

Beheer
WP Admin