‘Oorverdovend stil rondom naleving grondgebondenheid’

Vanuit RVO is het erg stil rondom de naleving van de AMvB grondgebonden groei melkveehouderij.

De AMvB grondgebonden groei melkveehouderij moest de groei van de veestapel verhinderen. In potentie zou die zelfs moeten leiden tot een geringe krimp, omdat de veestapel bij het afkondigen ervan – 30 maart 2015 – groter was dan die in de uitgangssituatie, de gemiddelde veestapel van 2014.

Minstens 100.000 koeien meer

Ruim een jaar na het afkondigen van de AMvB is duidelijk dat deze in de praktijk nog niks stuurt. De boete van €440 per koe blijkt niet afschrikwekkend genoeg, of onvoldoende bekend bij de veehouders. Er zijn nu namelijk minstens 100.000 koeien meer dan de gemiddelde veestapel van 2014. Slechts een klein deel daarvan zit op bedrijven die onder de AMvB nog mochten groeien zonder extra grond onder het bedrijf te schuiven. De rest is naar het lijkt grotendeels illegaal. Naar het lijkt, want alleen RVO kent de exacte grondpositie van alle bedrijven.

Wat nu? Het jaar is al ruim voor de helft voorbij. Met een druk op de knop kan RVO de veebezetting – de I&R-gegevens – matchen aan de Gecombineerde opgave, dus het aantal hectare dat een bedrijf heeft in 2014 en 2016. De bedrijven met een stevige uitbreiding in dieraantallen zonder extra grond aan te trekken hebben nog niet eens een brief gehad waarin ze daarop worden gewezen. Formeel hoeft RVO dat ook niet te doen. RVO kan pas verbaliseren als 2016 is verstreken. Maar het oorverdovende stilzwijgen vanuit de overheid van de huidige, pak ‘m beet, 75.000 illegale koeien wijst er niet bepaald op dat het ministerie van EZ veel waarde hecht aan naleving van deze AMvB.

Ja, iedere Nederlander hoort de wet te kennen. Elke melkveehouder, zeker die groeide sinds 2013 of groeiplannen heeft, kent ook echt wel de hoofdlijnen van die AMvB. Maar het naleven ervan? Zolang onder veehouders geen rumoer is over controles, waarschuwingen en handhaving, wacht menigeen wel op het schikkingsvoorstel dat in 2017 of 2018 op de deurmat valt. Daarna volgen bezwaar en beroep, uiteindelijk in 2019 een rechtszaak, met grote kans op een voorwaardelijke veroordeling of een kleine geldstraf. Zo ging het immers ook bij andere regelingen.