Mais kan meer brengen

Minder bemesten, toch meer opbrengst. Gezien de resultaten van proefvelden is er nog veel te verdienen.

Mais blijft verbazen. Het gewas is al decennia, na gras, met dik 200.000 hectare de belangrijkste teelt in Nederland. In de jaren zeventig, tachtig en begin jaren negentig was het geliefd wegens de tolerantie voor mest. De hoge opbrengst, voederwaarde en oogstzekerheid waren toen mooi meegenomen. Nu is het gewas de stabiele basis in veel rantsoenen.

‘Was het nog maar 125 kilo’

De teelt moet het vergeleken met 20 jaar geleden doen met minder dan een kwart van de organische mest. 350 kilo fosfaat per hectare, daar begon de systematiek van aanwendnormen immers mee in 1987. Er werd geschermd met een eindnorm van circa 125 kilo. “Zijn ze nou helemaal gek in Den Haag, dat kan toch helemaal niet”, was de openlijke vraag destijd. Tja, het kan verkeren. Was het nog maar 125 kilo. Nu zitten we een derde lager, en de mais brult bij mooi weer nog steeds de grond uit. Een meter in een groeizame week was deze zomer ook niks aparts.

Rover van organische stof

Onder die almaar lagere mestnormen werd langzamerhand duidelijk dat mais in de praktijk een rover van organische stof is. Landbouwkundig gezien is er dus helemaal niks mis met de verplichting van teelt van een vanggewas. Door in het voorjaar een goed uitgevoerd (en daar schort het nogal eens aan) vanggewas onder te werken, krijgt de bodem de nodige organische stof toegevoegd. Maar of dat voldoende is, is maar de vraag. Langzamerhand komt de vraag op of niet hoger gemaaid moet worden om meer maisstro toe te voegen aan de bodem. In de diverse buitenlanden is dat al langer praktijk.

Meer akkerbouwmatige aanpak

De teelt zelf professionaliseert maar langzaam. Voor veel melkveehouders is het even de grond klaarleggen, de loonwerker verzorgt de rest. Een meer akkerbouwmatige aanpak met gerichte bespuitingen ligt meer voor de hand. Daar zijn nog wel slagen te maken. Op proefvelden gaat de opbrengst richting 21 ton droge stof, de praktijk blijft steken op driekwart daarvan. Die ruimte benutten levert veel geld op.