<em>Foto: ANP</em> RundveeAchtergrond

‘Het boeren wordt me onmogelijk gemaakt’

De 54-jarige Van D. uit Nijbroek (Gld.) heeft het houden van runderen opgegeven. Woensdag 11 mei probeerde hij in hoger beroep een veroordeling voor het onthouden van zorg aan zijn dieren van tafel te krijgen.

Aan het bezoek van de ambtenaren van de Algemene Inspectie Dienst in maart 2011 ging veel verdriet vooraf, zei hij na afloop van de zitting in het gerechtshof in Arnhem. De varkenspest en vooral de MKZ-crisis zadelden hem op met schulden. Van D. werd hard getroffen door deze crisis in 2001. Hulp van instanties heeft hij nadien nooit gekregen, ondanks beloften, zei hij.

Geen geld voor dierenarts

In maart 2011 ontdekte de AID dat 21 runderen op zijn erf onvoldoende voer hadden. Ook was er geen droge ligplaats beschikbaar, was een dier uitgedroogd en was bij een dier de oren van de kop geknauwd. Dat laatste kwam door de hond van Van D. Die had hij pas kort ervoor aangeschaft. Hij had het bloedende oor behandeld, maar geld om naar een dierenarts te gaan was er niet.

Halfjaar cel en proeftijd

De rechter in Arnhem veroordeelde hem in 2013 tot een halfjaar cel voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. Tijdens die proeftijd mag hij van de rechter geen dieren houden. Dat maakt voortzetting van zijn bedrijf onmogelijk. Hij ging in beroep, maar ziet er inmiddels geen heil meer in om dieren te houden. “Het loont niet meer.” Hij had eind vorig jaar nog twee runderen, maar die zijn verdwenen. “Ik heb aangifte gedaan van diefstal.”

Boerderij afgebrand

De ellende werd na zijn veroordeling vergroot toen in 2014 zijn boerderij uitbrandde. Sindsdien woonde hij in een caravan op het erf. Maar die is vorige maand door de gemeente weggesleept wegens het ontbreken van een bouwvergunning. Zonder geld zal hij toch ook in de toekomst de hulp van een dierenarts niet kunnen inschakelen, vroeg een van de raadsheren. “Als de dieren gezond zijn, is een arts niet nodig. Je moet ze gewoon voldoende voer geven”, aldus Van D. De advocaat-generaal eiste alleen de voorwaardelijke celstraf. Het ‘niet houden van dieren’ zoals gesteld door de rechtbank, is te algemeen geformuleerd, zei hij.

‘Dringend hulp nodig’

De raadsvrouw van Van D. suggereerde dat het ‘niet houden van runderen’ een vervanging kan zijn. Dan kan hij in ieder geval zijn hond nog houden. Een goede suggestie, vond het Openbaar Ministerie. Volgens de advocaat is de boer een man ‘die dringend hulp nodig heeft’. “Hij gaf de dieren elke dag 15 tot 16 kilo voer. Meer was niet nodig, want ze gaven geen melk. Elke dag maakte hij de ligplaatsen schoon, maar een koe gaat nu eenmaal in zijn eigen uitwerpselen liggen”, stelde ze. Ze vroeg haar cliënt te ontslaan van rechtsvervolging. Mede door de financiële problemen was er sprake van psychische overmacht. Vonnis op 25 mei.

Beheer
WP Admin