Worsteling voor verlaging fosfaatproductie - Foto: Henk Riswick RundveeAchtergrond

Worsteling voor verlaging fosfaatproductie

Door uitstel van het fosfaatrechtenstelsel staat de melkveehouderij voor een enorme uitdaging. Om derogatie te behouden moet de fosfaatproductie in 2017 omlaag.

Een einde aan de derogatie dreigt, nu het fosfaatrechtenstelsel later wordt ingevoerd. De Europese Commissie heeft duidelijk te kennen gegeven dat Nederland de fosfaatproductie in de melkveehouderij in 2017 moet verlagen om in 2018 een nieuwe derogatie te krijgen. Geen derogatie betekent fors minder plaatsingsruimte voor dierlijke mest, volgens CBS gaat het om de ruimte voor 480.000 koeien. LEI becijferde dat het wegvallen van derogatie de melkveehouderij €155 miljoen zal kosten. Alles op zijn beloop laten en daarmee derogatie verliezen lijkt daarmee geen optie.

Staatssecretaris Martijn van Dam (Economische Zaken) doet in zijn brief waarin hij uitstel van de fosfaatrechten aankondigt een nadrukkelijk beroep op sectorpartijen om een overtuigende daling van de fosfaatproductie in 2017 te bereiken. Dat lijkt een onmogelijke opgave zonder wetgeving. De sector heeft het immers geruime tijd geprobeerd om invoering van fosfaatrechten te voorkomen. Dat mislukte: in plaats van een daling, groeit de melkveestapel. Desondanks wordt door de sector naarstig gezocht naar oplossingen.

Crisismaatregel melkvermindering

De meest logische stap is een regeling vanuit de zuivelsector om de melkproductie te verlagen. Via de Europese crisismaatregelen is er een melkverminderingsplan waarbij melkveehouders €0,14 per kilo minder geproduceerde melk krijgen voor drie maanden, beginnend in oktober. FrieslandCampina legt hier €0,10 per kilo melk bij. Voor de Europese regeling is aan Nederland 80,9 miljoen kilo melkvermindering toegekend voor 4.160 melkveehouders. Dit is echter niet genoeg om de fosfaatproductie voldoende te verlagen.

Collectieve verlaging van de melkproductie wordt als belangrijkste optie gezien voor verlaging van de fosfaatproductie in de melkveehouderij in 2017, om derogatie te behouden.

Foto: Henk Riswick

Algemeen verbindend

Vanuit de zuivelsector stemmen voor een Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) voor melkvermindering; daarmee zouden alle zuivelbedrijven en melkveehouders productievermindering kunnen krijgen opgelegd. De haalbaarheid hiervan wordt onderzocht. Het lijkt een van de weinige reële opties. “Op basis van vrijwilligheid is productievermindering lastig. Als iedereen de verantwoordelijkheid afwentelt op zijn buurman, is de laatste buurman het haasje”, zegt LTO-vakgroepvoorzitter Kees Romijn.

Juristen kijken echter kritisch naar melkvermindering via een AVV. Willem Bruil (Instituut Agrarisch Recht) acht een AVV via ZuivelNL juridisch niet houdbaar, omdat dit niet door een brancheorganisatie, maar alleen door een producentenorganisatie mag worden aangevraagd. De Europese crisismaatregel die collectieve afspraken over melkvermindering tijdelijk toestaat, accepteert deze alleen als er sprake is van een marktverstoring, en niet om milieunormen te halen. De crisismaatregel is bovendien van kracht tot april 2017. Verlenging van de regel zou in Brussel moeten worden aangevraagd. Advocaat Jacoline Kroon van A&S Advocaten vreest bovendien dat melkveehouders zich bij hun coöperatie zullen beroepen op de afspraak dat de coöperatie alle melk van hun leden afneemt.

Koeien opkopen van EU-geld

Een andere optie is het opkopen van koeien met de €23 miljoen aan Europese crisisgelden. Dit is geoorloofde staatssteun. Van Dam heeft al aangegeven het geld in te willen zetten voor het verlagen van de fosfaatproductie. Zelfs als het totale budget wordt ingezet om koeien op te kopen, lijkt dit echter niet voldoende om een serieuze slag te maken.

Aanscherpen melkveewet

Hoewel Van Dam zegt geen wettelijke mogelijkheden te hebben, zijn er toch een aantal opties die kunnen bijdragen aan het verlagen van de fosfaatproductie. Zo kunnen de normen van de AMvB grondgebondenheid worden aangescherpt, of de verplichte mestverwerkingspercentages worden verhoogd. Nadeel van deze opties is dat ze maar een zeer beperkte impact zullen hebben op de veestapel en dat verantwoording van deze regels achteraf gebeurt, waardoor het effect te laat zichtbaar wordt.

Noodwet

Een noodwet, zoals de Interimwet voor de veehouderij in 1984 van toenmalig minister Gerrit Braks, lijkt geen reële optie. Deze wet zal tegen dezelfde bezwaren aanlopen als de fosfaatrechten. Het inkrimpen van de veestapel zonder tegemoetkoming kan bovendien als broodroof worden gezien. Voorzitter Sieta van Keimpema van Dutch Dairy Board (DDB) pleit wel voor een noodwet, waarbij intensief met Brussel wordt overlegd over de invulling. In de noodwet wil DDB koeien opkopen. Vee dat er voor 2 juli 2015 te veel was boven het fosfaatplafond moet de overheid opkopen, te veel vee van na de referentiedatum moet voor kosten van de veehouder worden afgevoerd.

Een stoppersregeling kan ook bijdragen aan het verlagen van de fosfaatproductie. In afwachting van de fosfaatrechten zijn er dit jaar weinig melkveehouders gestopt. De verwachting is dat een goede regeling ook zal bijdragen aan verlaging van de fosfaatproductie.

Het fosfaatplafond schrappen of in ieder geval de geëxporteerde fosfaat niet meetellen is volgens advocaat Kroon nog een van de belangrijkste oplossingsroutes, omdat alle varianten van opkoopregelingen tegen het argument van staatssteun zullen aanlopen. “We moeten in Brussel beter uitleggen dat het fosfaatplafond niet bijdraagt aan de waterkwaliteit en dat de export van fosfaat buiten het fosfaatplafond moet vallen omdat het niet op de Nederlandse bodem terechtkomt”, vindt Kroon.

Compleet pakket

Om de fosfaatproductie substantieel te verlagen in 2017 zal een compleet pakket van maatregelen nodig zijn. Doelstelling van de zuivelsector is om binnen een maand met een pakket van maatregelen te komen.

Wetsvoorstel fosfaatrechten alsnog aanpassen voor 2017

Het huidige wetsvoorstel alsnog aanpassen wordt ook genoemd als optie. Jurist Willem Bruil ziet invoering van de fosfaatrechten per 1 januari 2017 zonder de rechten verhandelbaar te maken en mét een uitgebreide knelgevallenregeling als beste en snelst uitvoerbare oplossing. “Met de generieke korting vooraf, een fosfaatbank en een ruime knelgevallenregeling is verhandelbaarheid van rechten niet nodig. Dan is er ook geen sprake van staatssteun”, aldus Bruil. In de Tweede Kamer zijn ook verschillende partijen voorstander van het niet verhandelbaar maken van de rechten. Van Dam ziet hierbij bezwaren, omdat altijd is aangegeven dat rechten verhandelbaar zouden worden. Melkveehouders zouden hiermee groei na referentiedatum 2 juli 2015 kunnen verantwoorden.

SGP en VVD hebben twijfels bij de reden die de Europese Commissie aandraagt voor het stempel ongeoorloofde staatssteun in verband met het doel om te voldoen aan Europees geldende milieunormen. Daar is volgens hen met het fosfaatplafond geen sprake van, omdat dit plafond geen norm heeft voor individuele bedrijven. Juristen onderschrijven deze twijfel.

Beheer
WP Admin