RundveeAchtergrond

Rechter wil aanvullend onderzoek naar MKZ-tests

Den Haag – Het onderzoek naar de besluitvorming rond de betwiste uitbraak van mond- en klauwzeer in Kootwijkerbroek wordt heropend. Dat heeft het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBB) besloten in de beroepsprocedures die lopen tussen het ministerie van Economische Zaken en een aantal bedrijven in Kootwijkerbroek.

Het College van Beroep wil precieze antwoorden van het ministerie op de manier waarop testuitslagen moeten worden geïnterpreteerd en volgens welke protocollen het Centraal Veterinair Instituut (toen nog ID-Lelystad) in 2001 tot de vaststelling kwam dat bij een bedrijf in Kootwijkerbroek mond- en klauwzeer was vastgesteld.

De rechters zeggen niet te kunnen doorgronden of de gegevens over de verschillende tests die zijn uitgevoerd op monsters van het besmet verklaarde bedrijf volledig en correct zijn. De rechter geeft het ministerie de mogelijkheid daar een toelichting op te geven, waarbij ook de vraag voorligt  of er maar één test is op grond waarvan is besloten over te gaan van de besmetverklaring en de daarop volgende preventieve ruiming van bedrijven in Kootwijkerbroek en omstreken.

De rechters willen ook uitleg van het ministerie over de vraag waarom het ministerie uitgaat van een besmetting, als er zowel testuitslagen zijn die de besmetting bevestigen, als tests die geen mkz aantonen. Het ministerie krijgt zes weken de tijd voor de toelichting en daarna krijgen de Kootwijkerbroekse veehouders nog zes weken om hun visie te geven.

Lau Jansen  van de Stichting  Onderzoek MKZ-crisis Kootwijkerbroek vindt de tussenuitspraak een bemoedigend signaal. “Het CBB oordeelt dat het onderzoek niet volledig is geweest. Dat lijkt me duidelijke taal.”Hij zegt het jammer te vinden dat het zo lang duurt, maar hij is er wel blij mee dat er zorgvuldig naar gekeken wordt. “Ik geef het CBB een hoog cijfer voor zorgvuldigheid.”

Beheer
WP Admin