60 bezwaren tegen DGF-heffing pluimveebedrijven

60 pluimveehouders hebben tot en met afgelopen donderdag bezwaar gemaakt tegen de definitieve beschikking Diergezondheidsfonds (DGF) die RVO.nl begin augustus heeft verstuurd.

RVO.nl heeft bijna 2.000 beschikkingen verstuurd. Pluimveehouders kunnen bezwaar maken tegen het bedrag, of de berekeningswijze van de heffing. Bij beschikkingen verstuurd op 2 augustus loopt deze termijn dinsdag 13 september af.

Foutieve opgave KIP

Van de ingediende bezwaren zijn volgens de uitvoeringsorganisatie 24 vanwege een foutieve opgave in het Koppel Informatiesysteem Pluimvee (KIP). Dit informatiesysteem is het I&R-systeem van de pluimveesector dat wordt beheerd door Avined. RVO.nl mag uit dit systeem data halen om de DGF-heffing te berekenen. Daarbij gaat het om data op welk pluimveebedrijf de dieren zijn aangevoerd, het aantal aangevoerde dieren en de diercategorie. In die 24 foutieve opgaven zouden de pluimveehouders eenden hebben gehouden, terwijl dit niet zo is.

Aanslag DGF-heffing 2015

Pluimveehouders kregen in oktober 2015 een voorlopige aanslag DGF-heffing 2015. Die was gebaseerd op het aantal dieren op hun bedrijf in 2014. Tegen die aanslag konden ze geen bezwaar maken, maar ze moesten hem wel betalen.

Naar verwachting volgende maand krijgen de pluimveehouders de factuur die hoort bij de definitieve beschikking DGF-heffing 2015. Gebaseerd op het (berekende) aantal op het bedrijf in 2015. Op de factuur wordt het definitieve heffingsbedrag verrekend met het bedrag van de voorlopige heffing. Ook wordt het zogenoemde compensatiebedrag verrekend voor een deel van de al in 2014 betaalde DGF-heffing voor dieren die ook in 2015 nog op het bedrijf aanwezig waren.

Oplossing voor kalkoenhouders

In oktober wordt ook een oplossing verwacht voor de kalkoenhouders. De berekeningswijze van de DGF-heffing die RVO.nl nu voor kalkoenbedrijven toepast, wijkt te veel af van de praktijk in deze sector. Daarbij gaat het vooral om de zogenoemde omloopsnelheid. Dat is de tijd waarop dieren normaliter op een pluimveebedrijf aanwezig zijn. Ook is er in de berekening onvoldoende rekening gehouden met de verschillen tussen de verblijfsduur van kalkoenhennen en -hanen.