Export broedeieren zwaar onder druk

Al enkele weken gaan meer en meer broedeieren van vleeskuikenrassen naar de eiproductenindustrie. Dat gebeurt als alternatief voor export, die al enkele maanden zeer moeizaam verloopt.

Afzet naar de eiproductenindustrie gebeurt noodgedwongen, want financieel is dit geen aantrekkelijke optie. Om de productie van broedeieren te beperken worden koppels vleeskuikenouderdieren vervroegd geruimd, soms al vanaf 50 weken leeftijd.

Omdat er nauwelijks handel is, is er al vier weken geen EPI-notering, waarop in Nederland broedeieren worden verhandeld. Dit is uitzonderlijk, zegt Rik Verweij, commercieel directeur van Plumex in Goor, exporteur van broedeieren en eendagskuikens.

De export verloopt zeer moeizaam, vanwege economische recessie (Rusland) en oorlog (Irak), de twee belangrijkste exportbestemmingen.

Meer vraag naar broedeieren traaggroeiend ras

Daarnaast zijn is de productie van broedeieren groot, doordat vorig jaar in Nederland meer moederdieren zijn, weet Verweij.

Daarbij komt dat in Nederland de vraag naar alternatieve, langzaam groeiende kuikens (voor de productie van de Kip van Morgen) sterker is toegenomen dan de productie van broedeieren voor die kuikens. Volgens Verweij kan de markt de snelheid waarmee supermarkten hun verkopen van de Kip van Morgen willen verhogen niet aan. “Broedeieren voor de Kip van Morgen worden nu al uit het buitenland gehaald. Dit zorgt voor verdringing en draagt bij aan een overschot van broedeieren voor reguliere kuikens.”