Vier weken oude opfokhennen op een pluimveebedrijf (niet het genoemde bedrijf in Limburg).<br /><em>Foto: Ronald Hissink</em> PluimveeNieuws

Rechtbank: pluimveehouder voert te vaak mest aan

Na klachten van omwonende stelt Rechtbank Limburg grenzen aan mestaanvoer van pluimveebedrijf in Nederweert. Die gemeente krijgt een tik op de vingers omdat niet handhavend werd opgetreden tegen geluidsoverlast.

Een pluimveehouder in het Limburgse Nederweert mag niet vaker dan één keer per week mest van opfokhennen aanvoeren om op zijn bedrijf te drogen. Tot dat oordeel kwam Rechtbank Limburg gisteren. Daarnaast zal de gemeente onderzoek moeten doen naar mogelijk geluidshinder.

Omwonende klaagde over overlast door stank, geluid en stof

Een omwonende had geklaagd over stank-, geluid- en stofhinder van het bedrijf en had gemeente Nederweert gevraagd handhavend op te treden tegen de pluimveehouder. De gemeente was het eens met de omwonende dat de totale frequentie van mestaanvoer te hoog lag. Daarop werd de pluimveehouder erop gewezen dat hij zich moest houden aan de regels. Maar daadwerkelijk handhavend optreden deed de gemeente niet.

Vergunning staat één keer per week mestaanvoer toe

De rechtbank stelt dat de vergunning duidelijk is: er mag maximaal één keer per week mest van opfokhennen worden aangevoerd. De opmerking van de pluimveehouder dat het zou gaan om gemiddeld één keer per week aanvoer van mest, schuift de rechtbank terzijde. Uit de eigen registratie van de pluimveehouder blijkt namelijk dat er iedere vier tot vijf dagen mest wordt aangevoerd, hetgeen een overtreding van de vergunning betekent.

Gemeente handhaafde niet bij geluidsoverlast

Ook het besluit van de gemeente om niet handhavend op te treden in verband met geluidsoverlast kan niet door de beugel volgens de rechtbank. Het vereiste onderzoek naar mogelijke geluidsoverlast ontbreekt, dus is het besluit om niet te handhaven onzorgvuldig tot stand gekomen, stelt de rechtbank.

Beheer
WP Admin