Gumboro-uitbraken vleeskuikens houden aan

Deventer – Het aantal Gumboro-uitbraken bij vleeskuikens blijft toenemen. Dit meldt Veterinaire Monitoring Pluimvee (VMP), een samenwerkingsverband van ruim 30 pluimveedierenartsen en de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD).

Waar geen of één Gumboro-uitbraak per maand normaal is, worden sinds afgelopen maart meerdere uitbraken per maand gemeld; van maart tot en met augustus 35 uitbraken. De meest recente uitbraken van de virusziekte lijken zich uit te breiden naar gebieden aansluitend op gebieden waar eerdere uitbraken zijn gemeld (in Brabant, Gelderland, Overijssel en Drenthe). “We zien dat de uitbraken in verschillende delen van Nederland aanhouden en dat de aandacht voor preventie van deze ziekte aan het verslappen is.”

Vaccinatie helpt

In alle tot nu door GD onderzochte monsters is steeds het veldvirus DV86 gevonden. De in Nederland geregistreerde vaccin bieden voldoende bescherming tegen deze stam, mits de vaccinatie goed is uitgevoerd.

De Gumboro-uitbraken doen zich met name voor bij vleeskuikens vanaf 28 dagen leeftijd. Maar ook leghennen zijn er gevoelig voor. De verschijnselen kenmerken zich vooral door plotseling sterk oplopende uitval, deze kan laag zijn (minder dan 1 procent), maar ook oplopen tot 5 procent of meer afhankelijk van de vaccinatiestatus. Daarnaast zijn kippen in het algemeen ziek en wordt waterige, slijmerige diarree gezien.

Voorzorgsmaatregelen

Om de uitbraken te stoppen, is volgens VMP een gezamenlijke aanpak van pluimveehouder en dierenartsen nodig. De volgende maatregelen helpen daarbij:

– zorg voor optimale hygiënemaatregelen op het bedrijf om inslepen van het Gumboro-virus op het bedrijf en verslepen van het virus tussen bedrijven tegen te gaan;

– voer de vaccinatie correct en op het juiste tijdstip uit, volgens de voorschriften van de fabrikant met één volledige dosis per dier. Gebruik van minder dan een hele dosis per dier leidt tot een niet goed beschermd koppel;

– vaccineer op basis van bloedonderzoek om de optimale ent-leeftijd te bepalen (dat is wanneer de maternale immuniteit vanuit de moederdieren onvoldoende bescherming meer biedt en de effectiviteit van een enting niet remt). Dit is van belang voor het goed aanslaan van vaccinvirus, waardoor ook de bescherming van het gehele koppel beter gewaarborgd is;

– vaccineer in gebieden met verhoogde Gumboro-druk (dat zijn gebieden waar recent uitbraken waren) met een intermediate plus-vaccin, zodat de kuikens eerder beschermd zijn. Een intermediate plus-vaccin is een vaccin dat eerder door de maternale immuniteit heen breekt en dat daardoor op lagere leeftijd kan worden ingezet. Door gebruik van zo’n vaccin worden kuikens eerder beschermd.

– bepaal de Gumboro-status van het koppel aan het eind van de ronde door middel van bloedonderzoek. Dat geeft inzicht in de effectiviteit van de vaccinatie en een indicatie voor aan- of afwezigheid van veldvirus.