PluimveeNieuws

Brand in pluimveehouderij heeft geen gevolgen voor uitbreidingsvergunning

Den Haag – Een pluimveehouderij in Vroomshoop heeft terecht een uitbreidingsvergunning als bedoeld in artikel 19d van de Natuurbeschermingswet 1998 gekregen door Gedeputeerde Staten (GS) van Overijssel.

Tot dat oordeel kwam de Raad van State (RvS) vandaag. Het bezwaar dat de Coöperatie Mobilisation for the Environment U.A. (MOB) aanvoerde tegen de uitbreiding van het bedrijf is ongegrond, volgens de RvS.

Het pluimveebedrijf in Vroomshoop wil uitbreiden naar 33.000 legkippen. Volgens de MOB had GS bij de berekening van de toegestane ammoniakemissie geen rekening gehouden met het feit dat een van de bestaande stallen in 2012 is afgebrand en sindsdien niet meer in bedrijf is. De van de afgebrande stal afkomstige ammoniakemissie had volgens MOB buiten beschouwing moeten blijven in de verleende vergunning.

Volgens de RvS hoefde GS van Overijssel geen rekening te houden met het afbranden van een van de stallen in 2012. Het college heeft namelijk de toegestane ammoniakemissie op de referentiedata vastgesteld aan de hand van de Hinderwetvergunning van 6 november 1979 en de revisievergunning van 21 juni 2004. De brand – in 2012 – heeft weliswaar de feitelijke situatie ter plaatse veranderd, stelt de RvS, maar laat de op de referentiedata vergunde situatie onverlet. Deze situatie is bepalend bij de beantwoording van de vraag of een project leidt tot een toename van de stikstofdepositie, aldus de RvS.

Beheer
WP Admin