Nepluvi: verkeerde aannames ACM

Houten – De Nepluvi, branche-organisatie van de pluimveeslachterijen en verwerkers, heeft forse kritiek op het onderzoek van de Autoriteit Consument en Markt (ACM) naar de afspraken over de ‘Kip van Morgen’. De organisatie wil op korte termijn in overleg met de ACM over de conclusies.

Ook stelt de Nepluvi dat het gezien de conclusies van de ACM vrijwel niet mogelijk is om via collectieve afspraken voor de hele sector te voldoen aan de maatschappelijke wens om te verduurzamen. De organisatie wijst erop dat het erop lijkt dat consumenten in de praktijk bij dit type keuze-onderzoeken zoals de ACM die heeft uitgevoerd waarschijnlijk ‘gewenste’ antwoorden geven. “Op papier heeft de consument ongelooflijk veel geld over voor een duurzamer product (één ster Beter Leven-kenmerk), maar in het aankoopgedrag is het niet terug te zien.”

Inhoudelijk heeft de Nepluvi vooral ook kritiek op de conclusies van de ACM ten aanzien van de verdovingsmethoden. Volgens het ACM-onderzoek hecht de consument zeer aan de garantie dat alle dieren volledig verdoofd zijn voordat ze worden geslacht en wil daarvoor betalen. Volgens het rapport zou dat bij ‘één ster Beter Leven’ gegarandeerd zijn, dit in tegenstelling tot de ‘Kip van morgen’.

De Nepluvi stelt dat in de voorwaarden voor ‘één ster Beter Leven’-kuikens de eis van een waterdicht 2 fasen CO2-verdovingssysteem pas vanaf 2017 geldt. Alle slachterijen verdoven de kuikens nu volgens de nieuwste aangescherpte EU-eisen, meestal in CO2-systemen, waarbij de dieren goed worden verdoofd. De ‘Kip van Morgen’ en de ‘Beter Leven 1-ster’-kip worden in dezelfde slachterijen en op dezelfde slachtlijnen geslacht. Er is op dat punt dus op dit moment geen onderscheid, aldus de Nepluvi.

De slachterijorganisatie concludeert dat de Kip van Morgen op het punt van verdoven nauwelijks verschilt van de kip met één ster van het Beter Leven-kenmerk. Daarmee valt dan een van de argumenten waarom de consument de Kip van Morgen veel minder waardeert weg.