Pittige Pootcombi

Reusel (N.-Br.) – Lite-Trac zelfrijders uit Engeland ogen als een zelfrijdende spuit. Maar ze hebben wel een mechanische powershiftbak en veel power, voor het zwaardere werk. Met een middenbunker en een zelfgebouwde achtrijige pootmachine in de hef, maakte Wijnen Machines er een zelfrijdende pootmachine van.

Als basisvoertuig importeert eigenaar Bram Wijnen de Lite-Trac uit Engeland, en voorziet die van een zware hefinrichting. Hierin komt een zelfgebouwd opklapbaar pootframe. De koper kan hier pootelementen van een willekeurig merk in hangen. TREKKER zag de eerste machine, opgebouwd met AVR-pootelementen, aan het werk in Geel (B).

Het onderstel van de Lite-Trac lijkt sterk op dat van een zelfrijdende spuit. Maar schijn bedriegt. Onderhuids zit namelijk geen hydrostaat, maar een powershiftbak die de 260 pk’s aan motorvermogen op de grond brengt. Dit maakt hem, samen met het hoge chassis, geschikt voor zwaarder werk.

Multifunctioneel

Wijnen had al langer vraag van grotere telers naar een machine om met meer capaciteit en minder bodemdruk te kunnen poten. “Een zelfrijdende planter kan echter niet uit voor zes weken per jaar. De Lite-Trac is daarom multifunctioneel. In de hef hangt nu de pootmachine, de 10-kuubs bunker bevat nu 7 ton aardappelen. Maar je kunt ook zo een kunstmeststrooier aankoppelen en 10 ton kunstmest meenemen.”

Lees de uitgebreide impressie van de omgebouwde Lite-Trac poter annex manusje-van-alles in het juninummer van TREKKER (editie 321.). Wijnen ziet na een aantal veldtesten nog ruimte voor verbetering. Gezien de krachten die erop komen, wil hij alle loopwielen achter de poter dubbel uitvoeren. Ook wordt de gps-aansturing nog aangepast op de vierwielbesturing van de Trac. En – hoewel op de zandgronden minder noodzakelijk – is het doel om straks achtrijig te poten in combinatie met de grondbewerking. Bram: “Dat die honger naar capaciteit er is, dát is een feit.”