Foto: Peter Roek AlgemeenNieuws

Zomerschouw en baggeren tegen wateroverlast

Het invoeren van een zomerschouw, het bolleggen van holle percelen en het tegengaan van bodemverdichting, dat zijn enkele adviezen uit het onderzoek van de Stuurgroep Wateroverlast 30-31 augustus 2015.

Onder andere deze maatregelen moeten de waterafvoercapaciteit vergroten. Het onderzoek is door het Waterschap Rivierenland samen met de ZLTO ingesteld, naar aanleiding van de extreme wateroverlast op 30 en 31 augustus 2015 in het Brabantse Land van Heusden en Altena en in de Oostwaard. Gisteravond presenteerde de stuurgroep zijn bevindingen tijdens een druk bezochte bijeenkomst in Dussen.

Roelof Bleker, dijkgraaf van waterschap Rivierenland, gaf in zijn inleidende woorden aan dat dit onderzoek belangrijk is, omdat er nog maar weinig vertrouwen in het watersysteem was. “Na twee jaren achter elkaar hier grote wateroverlast te hebben gehad, is het goed dat het systeem eens tegen het licht wordt gehouden.”

Wateroverlast eind augustus ‘extreem’

Volgens de voorzitter van de stuurgroep, oud-dijkgraaf Gerrit Kok, blijkt uit het onderzoek dat het getroffen gebied voldoet aan de wettelijke norm van een piekbui die eens in de 25 jaar voorkomt (51 mm water in zes uur). Ook is het gebied in staat te voldoen aan de eens in de 50 jaar-norm (57,8 mm water in zes uur). De wateroverlast die eind augustus 2015 is gemeten noemt Kok extreem.

“In Nieuwendijk is 97 mm gemeten door het KNMI en in Andel 86 mm. Dat zijn buien die volgens de modellen respectievelijk eens in de 1.000 jaar en eens in de 500 jaar voorkomen.” In die modellen zijn de hevige buien van 2014 al verwerkt, aldus Gerrit Kok. “Tot voor kort gold voor dergelijke buien nog eens in de 3.000 en eens in de 1.500 jaar.”

Om de situatie in het Land van Heusden en Altena en in de Oostwaard goed te beoordelen, is het vergeleken met een aantal min of meer vergelijkbare gebieden: de IJsselmeerpolder, de Bommelerwaard en het Land van Maas en Waal. Kok: “Daaruit blijkt dat bij ons het percentage oppervlaktewater gering is; we hebben relatief weinig opvangcapaciteit. Daarnaast is de lengte aan watergangen per hectare, zowel A-, B- en C-watergangen, kleiner dan elders. We voldoen dus wel aan de wettelijke normen, maar zitten niet ruim in onze jas.”

Adviezen voor korte en lange termijn

De Stuurgroep Wateroverlast komt op basis van het geconstateerde tot een aantal adviezen voor de korte en lange termijn. De korte termijnmaatregelen zijn vooral maatregelen in het onderhoud en de agrarische bedrijfsvoering die de schade bij een extreme bui beperken. De stuurgroep adviseert gerichter te baggeren en te zorgen voor een zomerschouw, om de waterafvoer te optimaliseren.

Bij verwachte neerslag moet door het waterschap worden gekozen voor voormalen, zodat het waterpeil wordt verlaagd. Boeren moeten zorgen dat holle percelen worden bolgelegd en daarnaast moet de bodemverdichting van landbouwgrond worden tegengegaan.

Voor de lange termijn pleit de stuurgroep voor het creëren van meer open water en het vergroten van A- en B-watergangen. Ook zou de afvoercapaciteit moeten worden vergroot en adviseert de stuurgroep een extra gemaal in het gebied. Om de lange termijn voorstellen te financieren, stelt de stuurgroep voor dat degenen die baat hebben bij de maatregelen er ook aan meebetalen.

De meer dan honderd aanwezige – voornamelijk – boeren reageerden positief op de voorstellen. Wel moet het financieringssysteem zo snel mogelijk verder worden uitgewerkt.

Het is nu aan de besturen van het waterschap en de ZLTO om het advies te fiatteren.

Beheer
WP Admin