Foto: Jan Willem van Vliet AlgemeenNieuws

45% eiwitrijk mengvoer uit Europa

De Nederlandse mengvoersector betrok in 2015 45% van zijn eiwitbehoefte uit geografisch Europa, wat het ‘regionale bronnen’ noemt. In 2011 was dit nog de helft.

De lichte daling laat zich verklaren door een toename in het gebruik van soja ten koste van zonnebloemschilfers. Dat blijkt uit een rapport dat Wageningen UR in opdracht van Milieudefensie heeft opgesteld.

Van de soja die wordt gebruikt in Nederlands eiwitrijk mengvoer is circa 1% uit de eigen regio en wordt dus vrijwel alles geïmporteerd. Belangrijke leveranciers zijn Brazilië, Argentinië en de VS. Bij zonnebloemschilfers komt juist 96% uit de eigen regio. Bovendien wordt minder aardappeleiwit, maisglutenvoer en erwten gebruikt; ook hier is de herkomst vrijwel volledig Europees.

Milieudefensie verzet zich tegen de import van veevoergrondstoffen vanuit verre herkomstlanden. De toenemende teelt van soja en palmolie in Zuid-Amerika en Azië gaat gepaard met het kappen van regenwoud. De veevoerindustrie probeert met een certificeringssysteem ervoor zorg te dragen dat duurzaam geteelde soja en palmolie naar Europa komt.

Meeste voer voor koeien, varkens

In kilotonnen gemeten zijn de varkenshouderij (418 kiloton) en melkveehouderij (408 kiloton) grootgebruikers van eiwitrijk mengvoer. In de sectoren is respectievelijk 39% en 48% afkomstig uit regionale bronnen. Dat komt door hun gebruik van soja maar in het geval van de melkveehouderij wordt ook vrij veel palmpitschroot uit met name Indonesië en Maleisië gebruikt.

In de vleespluimveehouderij, goed voor 251 kiloton, ligt het percentage op 16%. Hier wordt veel sojaschroot gebruikt. De percentages regionaal geteeld eiwitrijk mengvoer liggen relatief hoog in de leghennensector (64%) en vleesveehouderij (78%), die door een relatief beperkte omvang vrij kleine volumes mengvoer gebruiken.

De rapporteurs concluderen dat waardes tussen 2011 en 2015 vooral schommelden door het gebruik van soja en zonnebloemschroot. Een trend valt volgens hen niet te ontdekken.

Voor het onderzoek heeft de afdeling Livestock Research van Wageningen UR standaard voersamenstellingen van alle diercategorieën gebruikt. Voor het bepalen van de herkomst van de grondstoffen is gebruik gemaakt van internationale handelsgegevens en productiecijfers van de statistische dienst van de EU en de Wereldvoedselorganisatie van de VN, de FAO.

Beheer
WP Admin