AlgemeenNieuws

Schenk: fosfaatrechten voorbeeld van verdeeldheid

Siem Jan Schenk, scheidend voorzitter van LTO Noord, noemt de discussie over de fosfaatrechten een voorbeeld voor de verdeeldheid binnen het ‘agrarische huis’. “Extensieve bedrijven vinden dat ze latente ruimte op grond mogen benutten en dat vind ik zelf ook. Maar ook ondernemers met een stal zonder extra grond zien zichzelf als knelgeval”, aldus Schenk in een interview met Boerderij.

Volgens Schenk is voor LTO Noord meer grondgebondenheid een keiharde voorwaarde geweest en dat blijft het ook. “Bovenal moet er snel duidelijkheid komen. Het fosfaatverhaal kent geen winnaars, maar dat moet je niet weerhouden om een standpunt in te nemen.”

Volgens Schenk is het tempo van groei in de melkveehouderij ‘ in ieder geval onderschat.’ “Het uitgangspunt was verantwoorde groei, maar nu is de grondgebondenheid een speelbal geworden van de politiek. In de Tweede Kamer is de regie volgens mij ook een beetje zoek op landbouwgebied en dat vertraagt de besluitvorming”, aldus Schenk.

Minder invloed

Of de invloed van LTO is afgenomen is volgens Schenk moeilijk te zeggen: “De collectiviteit is in ieder geval afgenomen. Natuurlijk is er ook minder invloed op de markt via de overheid omdat er veel minder via het marktbeleid wordt geregeld. Collectieve oplossingen voor iedereen bestaan niet meer, de verschillen tussen bedrijven in sectoren zijn veel groter geworden. Maar ook zijn de verschillen tussen regio’s minder scherp, we moeten niet doen of alle intensieve bedrijven in het Zuiden zitten en alle extensieve in Noord.”

Forse reorganisatie

Siem Jan Schenk was als voorzitter van LTO Noord vanaf 2011 betrokken bij een forse ­reorganisatie. De afgeslankte organisatie is nu volgens Schenk weer financieel gezond. De organisatie is kleiner geworden en heeft onder meer de tak makelaardij afgestoten. Binnen LTO ­Nederland was Schenk portefeuillehouder Ruimtelijke ordening en Water. Het Programma Aanpak Stikstof, een landbouwvriendelijker plattelandsbeleid en het op de agenda zetten van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer noemt Schenk als positieve resultaten. Spijtig vindt hij dat er geen landelijk akkoord is bereikt over de aanpak van ganzenoverlast.

[([002_rb-image-2672372.jpeg]:inzetgroot)]

 

U bent altijd voorstander geweest van een veel verdergaande samenwerking in LTO, het liefst als één organisatie, maar dat lijkt verder weg dan ooit. Gaat dat er nog een keer van komen?

“Dat ik voor één organisatie ben, heb ik nooit onder stoelen of banken gestoken, nee. Met drie organisaties en alles wat er nodig is om dat in de been te houden blijft er gewoon geld liggen dat beter voor belangenbehartiging gebruikt kan worden. LTO Noord heeft nooit de eigen organisatie als doel beschouwd en wat mij betreft moet er een landelijke organisatie komen. Daarbij is er best ruimte voor regionale invulling, dat houden we ook bij LTO Noord met de regio’s Noord, Oost en West.

De tegenstellingen tussen de organisaties van LTO kwamen recentelijk tot een kookpunt over fosfaatrechten voor melkvee.

“Laat ik daarover zeggen dat het een voorbeeld is dat de agrarische sector een verdeeld huis is. Extensieve bedrijven vinden dat ze latente ruimte op grond mogen benutten en dat vind ik ook. Maar ook ondernemers met een stal zonder extra grond zien zich als knelgeval. Voor LTO Noord is meer grond­gebondenheid een keiharde voorwaarde geweest en dat blijft het ook. Bovenal moet er snel duidelijkheid komen. Het fosfaatverhaal kent geen winnaars, maar dat moet je er niet van weerhouden om een standpunt in te nemen.”

Is de groei van de melkveestapel niet totaal ­onderschat door LTO?

“Het tempo is in ieder geval onderschat. Het uitgangspunt was verantwoorde groei, maar nu is grondgebondenheid een speelbal geworden van de politiek. In de Tweede Kamer is de regie volgens mij ook een beetje zoek op landbouwgebied en dat vertraagt de besluitvorming. Dijksma heeft wat mij betreft een aantal zaken zeker goed gedaan, dan denk ik ook aan het PAS. Ook heeft ze geprobeerd dierrechten te voorkomen.”

Heeft de lobby de laatste jaren niet geleden ­onder onenigheid en reorganisaties binnen LTO?

Schenk kijkt even nadenkend. “Tja, alle drie LTO-organisaties hebben het nodige moeten reorganiseren. Dat wij nu werken met regionale teams heeft wel geholpen en ik denk dat we als LTO Noord wel aan invloed hebben gewonnen. Tegelijkertijd zie je de ontwikkeling dat veel beleid is verhuisd naar de provincies, dan moet je op twaalf plekken zijn. En een belangrijke factor is dat er mede door het verdwijnen van de productschappen een heel ratjetoe aan extra instituties is ontstaan, daar hebben we er echt wel genoeg van onderhand.”

Is de invloed van LTO afgenomen?

“Dat is moeilijk te zeggen, de collectiviteit is in ieder geval afgenomen. Natuurlijk is er ook minder invloed op de markt via de overheid omdat er veel minder via het marktbeleid wordt geregeld. Collectieve oplossingen voor iedereen bestaan niet meer, de verschillen tussen bedrijven in sectoren zijn veel groter geworden. Maar ook zijn de verschillen tussen regio’s minder scherp, we moeten niet doen of alle intensieve bedrijven in het Zuiden zitten en alle extensieve in het Noorden.” Grijnzend: “Qua overleg zouden die regio’s nog wel kunnen leren van Oost en West. Misschien moeten we wel naar een sectoraal model van meer regionale belangenbehartiging waarin ook de vakbonden participeren. En dan ook meefinancieren, zeg ik er maar bij.

Maar alleen sectoraal kom je er niet. Er zijn genoeg zaken die over de sectoren lopen, zoals arbeid en fiscaal en sociaal-economisch beleid. Om wat te bereiken zijn tegenwoordig steeds meer coalities nodig, met maatschappelijke organisaties, werkgeversorganisaties en agribusiness bijvoorbeeld. Je moet in ieder geval zorgen dat het maatschappelijk debat niet met je aan de haal gaat, dan ben je echt de regie kwijt. LTO moet zich wat mij betreft dan ook meer richten op het maatschappelijk debat en minder op de politiek.”

Lees het hele interview met Siem Jan Schenk in Boerderij #47.

Beheer
WP Admin