Verkoopmalaise bij Case New Holland

Londen – De landbouwdivisie van CNH Industrial heeft het afgelopen kwartaal fors minder winst gemaakt en omzet geboekt.

De omzet van het bedrijf achter de trekkermerken Case, New Holland en Steyr zag de omzet 30,5 procent dalen tot $2,57 miljard (€2,28 miljard). Zelfs gecorrigeerd voor de daling van de waarde van de euro rest een duikeling van 24 procent.

Het bedrijfsresultaat daalde van $464 miljoen tot $202 miljoen (€179 miljoen). De operationele marge daalde van 12,5 naar 7,9 procent. Volgens het tegenwoordig vanuit Londen geleide bedrijf becijfert dat de hele industrie 14 procent minder trekkers heeft verkocht en 26 procent minder combines. De malaise is gevolg van fors gedaalde prijzen voor graan en oliezaden en dus lagere boereninkomens.

Een sleutelsegment is normaliter de Noord-Amerikaanse markt voor trekkers boven de 140 pk, waar sprake was van een daling van het aantal verkochte machines van 26 procent. Bij lichtere trekkers was in de VS, Canada en Mexico nog wel sprake van een groei van 4 procent. In de verkoopregio Europa, het Midden-Oosten en Afrika was sprake van een daling van 14 procent bij trekkers en 8 procent voor combines.

In Latijns-Amerika en Azië was eveneens sprake van forse dalingen. De cijfers zijn niet geheel verrassend. Ook de wereldwijde marktleider John Deere en Agco, het bedrijf achter onder meer Fendt en Massey Ferguson, hebben het zwaar. CNH Industrial is wat apart omdat de onderneming ook de zwaardere commerciële wagens van Iveco omvat. Het totale concern zag de omzet 21 procent dalen tot omgerekend €5,3 miljard.

Het concern als geheel boekte nog wel een beperkte winst van omgerekend €20,4 miljoen.