AlgemeenNieuws

Jaar onvoorwaardelijk geëist in mestfraudezaak

Zutphen – Het Openbaar Ministerie eiste dinsdag 18 maanden gevangenisstraf, waarvan 6 voorwaardelijk, tegen twee verdachten in een omvangrijke mestfraudezaak.

De twee toenmalige Veluwse mesthandelaren, via juridische constructies eigenaar van inmiddels failliete bedrijven onder de naam Hamefo, zouden in de jaren 2008 en 2009 honderden vrachten mest getransporteerd hebben met vervalste papieren. Dat gebeurde binnen Nederland, maar ook werd mest geëxporteerd naar Duitsland en België met vervalste papieren.

In de tenlastelegging gaat het onder andere om meer dan 240 vervalste vervoerbewijzen dierlijke mest. Het tweede onderdeel van de tenlastelegging betreft het exporteren van circa 315 vrachten mest zonder het verplichte gezondheidscertificaat. Daarbij ging het om ruim 250 vrachten naar Duitsland en circa 60 vrachten naar België.

Een van de twee verdachten ontbrak op de rechtszitting, zijn advocaat stelde het contact te hebben verloren. De advocaat van de andere verdachte noemde de mesthandel van zijn cliënt een ‘onverstandig avontuur’ en wees er op dat hij de ten laste gelegde feiten erkent en wel aanwezig is op de zitting in tegenstelling tot diens kompaan.

Berg schulden

De verdachte verklaarde zelf geen enkele voordeel aan de mesthandel te hebben overgehouden, ‘alleen een berg schulden en ellende’. Bij de schulden gaat het onder meer om openstaande boetes opgelegd door het toenmalige Dienst Regelingen ter hoogte van meer dan €700.000. Ook staat er nog een belastingschuld open van meer dan €150.000. Zijn advocaat wees er op dat de handelaar zwaar getroffen zou worden door een gevangenisstraf omdat hij dan ook zijn huidige baan zou verliezen en geen mogelijkheden meer zou hebben om de schulden in ieder geval voor een deel terug te betalen.

De officier van justitie weegt in de eis de grote schaal van overtredingen, het volgens haar ontbreken van schuldbesef en het bekend zijn met de risico’s van de handelswijze zwaar mee. Ze houdt ook rekening met de lange behandelingstermijn.

De meervoudige economische Kamer doet op 24 maart uitspraak.

Beheer
WP Admin