AlgemeenNieuws

Mestverwerking komt in Brabant nauwelijks van de grond

Den Bosch – Mestverwerking komt nauwelijks van de grond in Noord-Brabant terwijl deze regio de grootste bijdrage moet leveren om de komende jaren van het nationale mestoverschot af te komen. ZLTO maakt zich zorgen of veehouders in het Zuiden wel kunnen voldoen aan de landelijke gestelde norm voor mestverwerking.

Volgens ZLTO-bestuurder Herman van Ham geeft de provincie in de uitvoering van haar beleid onvoldoende ruimte aan mestverwerking. Gemiddeld zijn initiatiefnemers van mestverwerkingsprojecten vijf jaar bezig om de vergunningen rond te krijgen. Van Ham zegt dat het onduidelijk is of veehouders op termijn wel voldoende de mogelijkheid krijgen om aan hun mestverwerkingsplicht te voldoen. In de regio Zuid moet dit jaar 50 procent worden verwerkt. Staatssecretaris Dijksma wil de verwerkingspercentages de komende jaren verder verhogen om in 2017 af te zijn van het mestoverschot.

De provincie constateert dat de vergunningverlening door gemeenten uiterst moeizaam verloopt en zegt niet te weten waar dat aan ligt. In het belangrijkste vergunningsinstrument dat de provincie dit voorjaar invoerde – de Brabantse Zorgvuldigheidsscore (BZV) – is mestverwerking niet opgenomen. Via de BZV moeten boeren die willen uitbreiden voldoende punten scoren om in aanmerking te komen voor een bouwvergunning.

Inmiddels is een nieuwe versie – BZV 1.1- in de maak. Deze bevat meer volksgezondheidsaspecten en de thema’s energie en brandveiligheid zijn uitgebreid. Alleen mestverwerking is ook in de nieuwe versie niet opgenomen omdat geen overeenstemming kan worden bereikt tussen ZLTO en natuur- en gezondheidsorganisaties en burgers die mestverwerking associëren met ruimte voor meer vee. Eind januari organiseert de provincie een tweedaagse bijeenkomst om met diverse partijen verder te praten over mest.

Beheer
WP Admin