Veehouders in Zuiden blijven met mest zitten

Doetinchem – Het lijkt erop dat 20 procent van de melkveehouders met een deel van de mest in de kelders blijft zitten als er geen uitstel van het uitrijverbod op grasland komt. Dat blijkt uit een belronde van Boerderij onder een aantal loonbedrijven in het zuiden en zuidoosten van Nederland. Bij het ministerie van EZ is niemand bereikbaar. Het is nu dus nog onduidelijk of er uitstel komt van het uitrijverbod. Ook bij LTO is hierover nog niets bekend.

Niet iedereen kan tijdig de mest op het land krijgen. Het grote probleem is de overvloedige neerslag van de afgelopen weken. De nattigheid zorgt ervoor dat de draagkracht van het land onvoldoende is. En waar eventueel al wel gereden zou kunnen worden, staat vaak nog een snede gras op stam. Die zal toch eerst weg moeten voor er geïnjecteerd kan worden.

Dit speelt naar schatting op 20 tot soms wel 40 procent van de klanten van de individuele loonbedrijven. Een week mooi weer en een uitstel van het uitrijverbod zou op veel bedrijven de pijn al flink kunnen verzachten. Aan de andere kant vinden de loonbedrijven dat veehouders moeten zorgen voor voldoende opslag van mest. “Als je nu vast zit op de laatste paar kuub, moet je eens gaan nadenken of je niet moet gaan investeren in opslagcapaciteit”, vindt Koen van Kuijk in Helvoirt. Hij opereert ook landelijk in mestdistributie en ervaart dat de druk op de mestmarkt nu begint toe te nemen. “We zien dat veehouders en ook varkensbedrijven nu meer mest aanbieden voor opslag. De meesten hadden erop gehoopt dat deze mest in de afgelopen weken nog in de regio afgezet had kunnen worden, maar de weersomstandigheden hebben daar een stokje voor gestoken.”